Het zijn roerige jaren, ook voor de Rabobank. Hoe gaat de grootste agrobank om met financieringsaanvragen vanuit de geplaagde tuinbouwsector? Sectormanager Tuinbouw Cor Hendriks schetst zijn beeld van de sector en licht het beleid van de bank toe.
Het is even zoeken naar een geschikt plekje om rustig te kunnen praten. Het imposante nieuwe hoofdkantoor van Rabobank Nederland in Utrecht is een en al transparantie en openheid, maar het ziet eruit of de mensen nog wat ontheemd rondlopen. Ze hebben geen vaste werkplek. Het lijkt – onbedoeld – symbolisch voor de roerige tijd waarin de bank zich bevindt. Tijdens de bankencrisis van 2008 bleef de Rabo nog fier overeind. Ze werd er zelfs sterker van. Het spaargeld stroomde met miljarden tegelijk binnen. Maar de huidige crisis gaat niet aan de bank voorbij. De Rabo verloor zelfs de triple A status, al wijst ze er zelf graag op dat ze nog altijd de hoogst gewaardeerde particuliere bank is.
Ook andere zekerheden verdwenen. Voor het eerst in decennia daalde het uitstaand kapitaal van de Rabobank in de land- en tuinbouw in de eerste helft van 2011. Met de glastuinbouw, het noodlijdende paradepaard van de Nederlandse agrosector, gaat het nu zo slecht dat er eigenlijk niet geïnvesteerd wordt, vertelt sectormanager Cor Hendriks. Dertig tot veertig procent van de glastuinders heeft gebruik moeten maken van aanvullende financiering.