Doorgaan naar artikel

Spruiten

‘Goed, maar wel met de zaag iets hoger’

“Het is vanwege het warme weer een weekje later geworden, normaal beginnen we rond 5 oktober”, vertelt Peter Vijverberg op Schouwen-Duiveland de eerst oogst van zijn spruiten. Hij zit nu in het ras Gustus van een goede kwaliteit. “Dat is dan buiten de C’s om. De spruiten zijn voor de droogte gepoot, toen heeft het gewas even stil gestaan, toen is er vroege trips in gekomen. Gustus – en ook Abacus wel – is daar gevoelig voor. Met een bestrijding hebben we het gewas weer wel schoon gekregen, en nadat de groei er weer inzat, was het probleem ook meteen achter de rug. Het bovenste stuk van het gewas is dan ook helemaal schoon. Ik heb de zaag op de plukker wat hoger afgesteld.”
De productie is gewoon goed. “Daar hangt wel 25 ton per hectare aan”, verwachtte Vijverberg op woensdag 12 oktober. Hij mikte er toen op in de eerste helft van week 42 in Gustus aan het werk te zijn. “Dan volgt een stukje met het ras Abacus, en daarna wordt het wisselen tussen Cyrus en Irene. Ik heb van beide 10 hectare getopt staan.”

Weinig ziekten en plagen
Na de eerste langduriger neerslag medio augustus, zijn alle percelen bijbemest met stikstof . “Sindsdien rijd ik af en toe rond om nog wat extra te geven als een gewas daarom vraagt. Ik wil deze week nog aan de gang in Albarus, die ruit me nu te veel naar mijn zin. Bladluis is geen probleem geweest, en dat geldt ook voor koolvlieg. Het zaad was gecoat, als je goed zoekt, vind je een enkel koolvliegje, maar dat mag geen naam hebben. De schimmeldruk valt ook erg mee. Ik heb het in een schema van drie weken goed bijgehouden, dat is goed gegaan.”

Water bijrijden
In zijn vorige bijdrage merkte Vijverberg nog heel opgeruimd op dat droge omstandigheden doorgaans geen probleem zijn. Op Schouwen-duiveland is zoet water een schaars goed. “Het laatste voorjaar dat het eigenlijk te droog was voor een vlotte teeltstart, was vijf jaar geleden.“ Toen nog niet wetend hoe ‘mooi’ het voorjaar zou worden. “Ja, dat was wat. Ik was een van de spruitentelers die er water moesten bijrijden, dat kwam uit het Zoommeer. Ik was op een gegeven moment helemaal klaar met die droogte, al hadden we er achteraf bezien eerder moeten beginnen. Maar hoe pak je dat aan, gezien de straffe wind die toen weken bleef staan? Beregenen met een haspel kun je dan vergeten. Ieder voorjaar laat ik drijfmest uitrijden met sleepslangen. Wat met mest kan, moet toch ook lukken met water? Mijn loonwerker was het daarmee eens. Dan legde ik de grond eerst vlak met de kopeg, daarna ging er 6 tot 7 millimeter water op, vervolgens gingen de planten erin. Zo maakten we steeds 3 tot 6 hectare nat, zo veel als we moesten planten. Al met al is dat nog goed uitgepakt. Dat kostte zo’n 600 euro per hectare, afhankelijk van de hoeveelheid water die uitgereden moest worden. Dat was nog redelijk betaalbaar, je moet immers wat als de natuur even niet wil.”

Bron: Groenten&Fruit – Auteur: Joost Stallen

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin