Doorgaan naar artikel

Dit zijn de valkuilen van telen onder full led

Leds leveren behoorlijk meer groeilicht (PAR) dan de gebruikelijke Son-T (HD natrium)-lampen voor dezelfde stroomkosten. Led wordt daarom gezien als hét middel om belichte teelten in de glastuinbouw te verduurzamen. In de praktijk blijkt dat echter wat haken en ogen te hebben. Jan Voogt, mede-grondlegger van Plant Empowerment, legt uit waar telers op moeten letten als ze met full led aan de slag gaan.

Mede gestimuleerd door subsidie regelingen hebben de laatste tijd heel wat tuinders hun oude lampen vervangen door leds. Vervolgens zijn aangelopen tegen kwaliteitsproblemen en botrytisuitbraken door ophoping van vocht in de kas. Verder blijkt dat de licht benuttings efficiëntie (LBE) uitgedrukt in gram/mol en de energiebesparing achterblijven bij de verwachting. De vraag is dan: hoe komt dat? En wat valt er aan te doen?

PAR niet de enige groeifactor

Meestal is de simpele gedachte: Son-T eruit, led erin, meer PAR voor de zelfde stroomkosten, dus meer groei en productie. Dan wordt geen rekening gehouden met het feit dat de zon en Son-T-lampen niet alleen PAR-licht leveren, maar ook warmte in de vorm van straling. En dat hebben planten wel nodig voor het groeiproces.

Ten eerste kunnen planten niet van alleen assilmilaten groeien, zonder de noodzakelijke nutriënten die uit de wortels moeten worden aangevoerd via wateropname en dus door verdamping. Ten tweede zijn fotosynthese en groei, alsmede de verdeling van assimilaten gekoppeld aan de temperatuur van de verschillende plantendelen.

We moeten bij het vervangen van Son-T lampen door ledlampen dus niet alleen naar PAR kijken, maar alle groeifactoren in ogenschouw nemen, waarbij de behoeften van de plant centraal staan. De basisprincipes van Het Nieuwe Telen / Plant Empowerment reiken hiervoor de juiste handvatten aan in de vorm van een integrale benadering op basis van plant- en kasbalansen.

Invloed van lichtbron op plant- en kasbalansen

Van nature zijn planten aangepast op groeien onder zonlicht. Inmiddels hebben we geleerd om gewassen te telen onder Son-T-lampen. Daarvoor zijn relatief weinig aanpassingen nodig, omdat de stralingseigenschappen van Son-T-licht redelijk overeen komen met die van zonlicht. Voor led is dat heel anders. De hogere PAR-efficiëntie komt voornamelijk voort uit het feit dat deze lampen veel minder stralingswarmte afgeven. En dat heeft een aanzienlijke invloed op de energiebalans, de waterbalans, de assimilatenbalans, de assimilaten verdeling, en ook de nutriënten balans van de plant.

Gevolgen minder stralingswarmte

Minder netto stralingswarmte van bovenaf betekent voor de plant:

  • Lagere temperatuur van kop/bloem/vruchten bij dezelfde kastemperatuur met als gevolg minder assimilaten toevoer.

  • Lagere verdamping en dus minder nutriëntenopname/transport.

  • Hogere kans op overmatige worteldruk.

  • Omgekeerd verticaal temperatuurprofiel in de plant.

Minder warmte-input door straling en convectie betekent voor het kasklimaat:

  • Minder opwarming.

  • Dezelfde kastemperatuur vraagt dus meer stoken met de verwarming (maar dat is voor de plant niet zomaar hetzelfde als straling van boven).

  • Betere isolatie en intensief schermen (zeker ook tegen uitstraling!).

  • Risico voor dood klimaat.

  • Afhankelijk van schermeigenschappen minder vochtafvoer en verhoogde kans op vochtproblemen.

De gevolgen van al deze factoren kunnen zijn:

  • Groeistoringen en kwaliteitsproblemen door nutriënten- en assimilatengebrek en/of te lage temperatuur.

  • Verhoogde kans op natslag en slecht microklimaat (botrytis).

  • Verhoogd risico op guttatie en lekkage (rotkoppen, binnenrot, etc).

  • Afwijkende plantontwikkeling door omgekeerd temperatuurprofiel.

  • Lagere Licht Benuttings Efficiëntie LBE (gram/mol) dan verwacht.

  • Tegenvallende energiebesparing.

Deze verschijnselen zijn ook onder ledlicht naar voren gekomen, zij het afhankelijk van het specifieke gewas en teeltsysteem, en al naar gelang de verhouding ledlicht en natuurlijk licht, in meer of mindere mate.

Integrale benadering met de plant als uitgangspunt

Om te komen tot een goede aanpak moeten we dus de vraag stellen: welke combinatie van maatregelen is nodig om de bovengenoemde gevolgen van LED-belichting op de plant- en kasbalansen te compenseren? Dat betekent een integrale benadering waarin alle facetten van de eigen teelt en kaseigenschappen worden meegenomen en waarbij niet de LED’s, maar de behoeften van de plant het uitgangspunt zijn.
En wat zou er mooier zijn dan dat we afscheid kunnen nemen van de gangbare trial & error methoden en dat we de optimale groeifactoren door middel van sensoren en objectieve waarnemingen kunnen vaststellen?

Dan kunnen we op basis van kennis en feiten bepalen wat er aan de kasinstallatie verbeterd moet worden en welke aanpassingen aan de klimaatsturing nodig zijn om alles (weer) goed op elkaar af te stemmen voor een effectieve en gezonde groei van het gewas onder LED.
De Plant Empowerment Academy werkt aan een uniform monitoringsprotocol bedoeld voor zowel het onderzoek als de praktijk. Hiermee kunnen o.a. de effecten van verschillende lichtbronnen op het gewas en het kasklimaat veel beter en betrouwbaarder in kaart gebracht worden, met als resultaat een proactieve aanpak en een aanzienlijke versnelling van de leercurve.

Meer informatie

Gezien de grote verscheidenheid aan gewassen, teeltmethoden en kasinstallaties is het onmogelijk om in kort bestek deze problematiek van LED-inpassing volledig en in detail te behandelen. Meer informatie is te vinden in het boek ‘Plant Empowerment de basisprincipes’. Dit bevat naast de achtergronden van de plant- en kasbalansen ook praktische stappenplannen voor toepassing in de praktijk (zie ook: www.plantempowerment.academy). Dit boek vormt tevens de basis van het cursusprogramma Het Nieuwe Telen , georganiseerd door Kas Als Energiebron.

Bekijk meer

Share this

Jan Voogt
Jan Voogt

Tuinbouwadviseur bij Plant Physilogics

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin