Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat bij problemen met witlofpennen de bewaarder moet aantonen dat hij juist heeft gehandeld. Dat kan leiden tot een schadevergoeding voor de witlofteler.
Het is interessant dat de rechter in hoger beroep een andere oordeel heeft dan de rechtbank. Niet de teler moet bewijzen dat de bewaarder onvoldoende heeft gepresteerd, maar de bewaarder moet aantonen dat hij voldoende heeft gedaan om kwaliteitsverlies zoveel mogelijk te beperken. De rechter heeft in hoger beroep dan ook gesteld dat de teler niet kan worden gehouden aan de betaling van de factuur van iets minder dan €100.000 voor bewaring.
Risico verdroging nieuwe kisten
In deze zaak stellen beide partijen met argumenten het tegenovergestelde. De teler heeft een rapport van Delphy ingebracht. Dat adviesbureau schatte de omzetschade van de teler eind 2019 op zo’n €888.000. De rapporteurs voeren een getuige op die stelt dat bij de oogst al in een deel van de biologische witlofwortels sclerotine zat, oftewel rot. Ook stelt deze dat de gesorteerde wortels in nieuwe kisten zijn gedaan, waardoor het risico op uitdroging groot was. Adviezen over bevochtiging zijn niet goed opgevolgd.
De bewaarder betwist dat. Hij wijst erop dat hij zelfs trekproeven heeft laten uitvoeren om de kwaliteit van de pennen goed op te volgen.
40% slechte kwaliteit
In deze transactie met de bewaarder in 2019 heeft de teler de koopprijs van de witlofpennen wel betaald. De zaak draait om wie voor de bewaarkosten en geleden omzetschade opdraait. De rechter schat dat 40% van de pennen van slechte kwaliteit was. Daarmee staat vast dat de pennen niet zijn teruggegeven in een staat die ‘beantwoordt aan bewaring door een goed bewaarnemer’. Volgens de rechter is dat een te hoog percentage. Daardoor kan de bewaarder niet verwijzen naar normaal kwaliteitsverlies bij bewaring.
Omdat zowel teler als bewaarder met onderbouwde argumenten het tegenovergestelde beweren, kan de rechter niet tot een schadevergoeding besluiten. Zo heeft de bewaarder de teler diverse malen gevraagd de pennen op te halen. De teler wijst er echter op dat er late rassen bij zaten. De rechter geeft de bewaarder de kans om aan te tonen dat zijn handelen niet tot een schadevergoeding hoeft te leiden.