Voor zo’n 250 glastuinders in het Oostland én voor 45.000 woningen tussen Gouda, Zoetermeer en Rotterdam komt er een warmtenet. De glastuinders werken in het project samen met gemeenten, provincie en Stedin-zuster NetVerder.
Warmte-infrastructuurbedrijf NetVerder, de gemeenten Pijnacker-Nootdorp, Lansingerland, Waddinxveen, Zuidplas, Zoetermeer en de provincie slaan de handen ineen met de op de glastuinbouw gerichte aardwarmtebedrijven in het Oostland. In dit gebied werd bijna twintig jaar geleden de allereerste aardwarmteput geslagen door tomatenbedrijf Van den Bosch. Er zijn nu zes geothermiebronnen die aan het te bouwen warmtenet worden aangesloten. Daarnaast zijn nog 13 aardwarmtebronnen en 3 overige duurzame bronnen in ontwikkeling, die kunnen worden aangesloten op het warmtenet.
Regeling voorfinanciering warmtenet nodig
De komende maanden wordt de haalbaarheid onderzocht van het aansluiten van én de 1.500 hectare aan kassen én ettelijke tienduizenden woningen. Veel plannen voor warmtenetten voor burgerwoningen lopen vast, omdat de kosten voor bewoners te hoog zijn. Dat komt doordat zij ook moeten betalen voor de aanleg van het hele netwerk, terwijl dat bij elektriciteit niet zo is. De keuze voor een warmtepomp is daardoor voor burgers veiliger. Om te zorgen dat het warmtenet voor aansluiting van woningen een kans krijgt, is snel een eerlijke financiële oplossing voor de betaalbaarheid en de voorinvesteringen in het regionale warmtenet nodig vanuit het Rijk, aldus NetVerder.
Start aanleg verwacht in 2027
“Warmtenetten op deze schaal zijn essentieel om de glastuinbouw toekomst te geven en om nieuwe woningen van stroom en warmte te kunnen blijven voorzien”, zegt Koen Verbogt van NetVerder, dat het warmtenet wil gaan aanleggen. “Alle energie die je zonder elektriciteit (maar met bijvoorbeeld een warmtenet) kunt leveren, betekent meer ruimte op het stroomnet voor gemeenten en dus meer woningen.” NetVerder neemt voor het Oostlandse warmtenet de ontwikkeling van het hoofdtransportnet op zich, waarna glastuinbouwondernemers zelf afspraken maken met leveranciers van duurzame warmte. In 2027 staan de eerste werkzaamheden gepland in Noordpolder (Lansingerland) en Zuidplaspolder. In de toekomst wil men ook een verbinding aanleggen worden tussen warmtenet Oostland en WarmtelinQ, de grote transportleiding voor warmte van de Rotterdamse haven naar Den Haag.
“We zijn heel enthousiast over dit initiatief dat ook grote kansen biedt voor betaalbare en duurzame warmte voor woningen en andere gebouwen”, zegt Frank van Kuppeveld, wethouder Wonen, Glastuinbouw en Energietransitie van de gemeente Pijnacker-Nootdorp. “Daarvoor moeten nog wel wat zaken goed (financieel) geregeld worden in Den Haag. Als dat lukt, kunnen wij hier volle bak aan de slag met bewoners om plannen te maken voor het aansluiten van woningen op het warmtenet.”