Bedrijven met een wkk krijgen meer verplichtingen te helpen overbelasting op het stroomnet te voorkomen. Daarvoor is beleid in de maak met meer instrumenten zoals boetes.
Bedrijven met een wkk kunnen nu al tegen vergoeding capaciteit inleveren of op de korte termijn (DayAhead-markt) afzien van levering en zo ruimte creëren. Door het afstaan van stroomcapaciteit kunnen bedrijven volgens de Autoriteit Consument en Markt (ACM) zo ‘een flink deel van hun netkosten besparen’.
Toch gaat het met de aanpak van congestie niet snel genoeg. Nog te weinig bedrijven leveren die flexibiliteit en tekenen deze contracten. Dat kan omdat bedrijven hogere bedragen willen dan ze wordt geboden in standaardcontracten of biedprocessen.
De ACM komt nu met een breed pakket maatregelen om die ruimte op het netwerk wel te vergroten. Zo gaan netbeheerders controleren of grote bedrijven al hun gecontracteerde capaciteit benutten. Als dat niet zo is, kan een netbeheerder het contract inperken.
ACM: ‘Een redelijke prikkel’
Voor glastuinbouw is er ook nog nieuw beleid onderweg. De ACM heeft een ontwerpbesluit ‘Verplichting aanbieden congestiemanagementdiensten’ ter inzage liggen. Dat lijkt voor glastuinbouwbedrijven een belangrijk besluit. Dit regelt namelijk sancties voor als bedrijven niet ingaan op een vraag voor capaciteitsbeperking of voor de kortere termijn (redispatch). Die boete wordt in het conceptbesluit vastgesteld op € 1,25 met MW per 15 minuten, wat neerkomt op € 120 per dag per MW. De ACM vindt dit een redelijke prikkel. ‘Indien de boete daarom een jaar lang elke dag wordt ontvangen kan dit totaalbedrag van alle boetes per jaar oplopen tot € 43.800 per MW gecontracteerd transportvermogen. Dit komt grofweg overeen met drie kwart van de nettarieven’.
De netbeheerders zullen de boetes maandelijks gaan innen om zo bedrijven steeds te herinneren aan de kosten die ze maken door niet in te gaan op congestiediensten.
Voorbeeld van contracten
Netbeheerder Stedin heeft op haar website verschillende vrijwillige contracten uitgelegd staan, zoals een capaciteitsbeperkingscontract en de vergoedingsregels. Tuinders lijken hier nog niet massaal op in te stappen, waardoor ook Stedin aan meer dwang denkt. Als bijvoorbeeld morgen een mooie dag voorspeld wordt, vraagt Stedin dan tuinders twee uur lang hun wkk op halve kracht laten draaien. ”We compenseren de tuinder door de gemiste stroomproductie te vergoeden tegen de stroomprijs van die dag (day ahead markt). Om zijn kas toch te voorzien van warmte en CO2 zet de tuinder, zijn buffervoorraad in, en gebruikt hij zijn wkk op een ander moment van de dag. De tuinder behoudt hierdoor de beoogde inkomsten maar heeft geen brandstofkosten gehad om deze energie te produceren.”
Een ander contract is de redispatch-overeenkomst. Als het vandaag bijvoorbeeld toch harder gaat waaien vraagt Stedin de tuinder de wkk toch uit te zetten. Stedin zorgt er dan voor dat de tuinder zijn positie op de elektriciteit behoudt. “Daarom vragen we een andere energieproducent buiten het congestiegebied de leveringsplicht over te nemen op kosten van Stedin (redispatch). De tuinder heeft als voordeel dat hij de inkomsten van de stroomverkoop mag houden zonder dat de wkk daadwerkelijk heeft hoeven leveren. Daardoor heeft hij dus geen brandstofkosten.”