Bij de beoordeling van nieuwe gewasbeschermingsmidelen is een buitenlandse route mogelijk sneller.
Dat stelt minister Carola Schouten van LNV in antwoord op Kamervragen van D66-kamerlid Tjeerd de Groot. Hij vroeg naar wachttijden van drie tot vier jaar voor Nederlandse beoordelingen van nieuwe middelen. Schouten adviseert producenten tijdig bij het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) te melden als ze een nieuw middel willen laten beoordelen. Een buitenlandse route kan sneller zijn. Een producent laat dan een andere lidstaat een rapportage uitvoeren, waarna Ctgb alleen een simpeler toelating voor Nederland hoeft af te geven. “Voor dit type aanvragen geldt geen beperking van de instroom bij het Ctgb”, schrijft de minister.
Extra capaciteit Ctgb
Het Ctgb heeft voor de komende jaren al een behoorlijk aantal aanvragen voor nieuwe stoffen en nieuwe middelen als rapporterend lidstaat in de planning opgenomen. Het Ctgb heeft de beoordelingscapaciteit de afgelopen jaren uitgebreid, maar dat kan niet voorkomen dat de vraag inmiddels groter is dan het Ctgb aan kan, schrijft Schouten. Extra maatregelen zijn genomen. Zo zijn Europese aanvragen voor goedkeuring van nieuwe werkzame stoffen en zonale toelating van nieuwe gewasbeschermingsmiddelen voorlopig beperkt.
Ook doorlooptijd langer
Ook de doorlooptijd loopt op bij toelatingsaanvragen, waardoor afhandeling van een nieuw dossier soms tot zeven jaar duurt, stelt De Groot. Dat beaamt Schouten. De wettelijke termijn van drie jaar voor een beoordeling van een dossier voor een werkzame stof kan uitlopen als aanvullende informatie nodig is. Als de beoordeling in een andere land is gedaan en Ctgb alleen voor Nederland een toelating moet beoordelen (zonale beoordeling) is de doorlooptijd op papier kort: 120 dagen voor een laag-risicomiddel en één jaar voor andere middelen. Ook dat kan uitlopen.