De prijzencrisis bij varkens, kippen en tuinbouw is een noodzakelijk kwaad.
Mooie woorden over de landbouwsector in de troonrede van een paar weken geleden. Die woorden helpen echter niet voor tuinders die met lage prijzen kampen, ook al voordat de Russische boycot uitbrak. Er schijnt sprake te zijn van structurele overproductie, dan moet marktwerking ervoor zorgen dat er productiecapaciteit verdwijnt. Lees: dat een deel van de bedrijven ermee ophoudt. Er is dan ook volop discussie of het ondersteunen van de sector vanwege die boycot wel zo verstandig is. Recent werd die discussie nog eens gevoed door medewerkers van het LEI. En gelijk hebben ze. Economen kennen het proces al honderd jaar.
De term creatieve destructie is bedacht door Joseph Schumpeter, een Oostenrijkse econoom. Crisis leidt tot vernietiging, maar ook tot nieuwe kracht, omdat de sterkste en meest creatieve bedrijven overblijven. Dat hoeven niet altijd de grootste te zijn. Het kunnen ook de bedrijven zijn met de sterkste financiële basis, met crisisbestendige producten, met de slimste ondernemers, met de slimste strategie.
Tot zover de theorie, want er zijn nog veel meer zaken die het voortbestaan van bedrijven bepalen. Locatie, contracten, gezinssituatie, opvolgingssituatie en heel veel toevalligheden. Creatieve destructie klinkt mooi, maar is het niet. Elk afvallend bedrijf is een gezin en is een aantal medewerkers. Voor hen is bedrijfssluiting een hard gelag.