De Europese Commissie wil nieuwe veredelingstechnieken toestaan, als het resultaat daarvan ook via gangbare veredeling had kunnen ontstaan. De Commissie Genetische Modificatie bekeek de voorstellen die op tafel liggen.
De Europese lidstaten zijn volop in discussie over de verandering van de regelgeving voor nieuwe veredelingstechnieken. Sinds de zomer van 2023 ligt een voorstel van de Europese Commissie op tafel, waarin genetische modificatie bij gewassen grofweg in twee categorieën wordt opgedeeld: de ontwikkeling van nieuwe gewassen met behulp van nieuwe veredelingstechnieken die ook door gangbare veredeling zouden kunnen worden gekweekt (NGT-1); en de ontwikkeling van nieuwe gewassen waarbij veranderingen in het erfelijk materiaal worden aangebracht die niet via gangbare veredeling tot stand zouden komen (NGT-2).
Inmiddels hebben de Europese lidstaten en het Europees Parlement zich over de voorstellen van de Commissie gebogen. En daar komen verschillende standpunten uit, die weliswaar voor een groot deel in elkaars lijn liggen, maar waar ook wel bijzondere verschillen zijn.
Grote verschillen tussen parlement en lidstaten
De Commissie Genetische Modificatie (Cogem) heeft op verzoek van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat gekeken naar de verschillende posities. Cogem stelt dat er ‘aanzienlijke verschillen’ zijn tussen wat het Europees Parlement wil toelaten en waartoe de lidstaten bereid zijn. Het Europees Parlement staat meer veranderingen toe binnen het pakket aan erfelijke eigenschappen (genoom) van een plant, maar stelt daar strenge voorwaarden aan. De lidstaten willen het aantal veranderingen (modificaties) beperken, maar leggen geen voorwaarden op aan de plek waar die veranderingen in het erfelijk pakket mogen plaatsvinden.
Cogem leest bijvoorbeeld in het voorstel van het Europees Parlement dat er een onbeperkt aantal veranderingen in het genoom mag worden aangebracht met nieuwe veredelingstechnieken. Volgens de Nederlandse adviseurs is het theoretisch mogelijk dat dergelijke veranderingen ook bij gangbare veredeling plaatsvinden, maar realistisch is het niet. “Dit rekt de definitie van gelijkwaardigheid met gangbare veredeling op”, aldus Cogem.
Twijfels over grens voor modificaties en eiwitten
In het voorstel van de lidstaten staat dat maximaal 20 modificaties in het genoom toegestaan zijn om nog binnen de grens van ‘vergelijkbaar met gangbare veredeling’ te vallen. Maar als die 20 veranderingen worden aangebracht op een plek voor één eiwitcodering, dan is er eerder sprake van transgenese, vindt Cogem, oftewel het inbrengen van een nieuwe eigenschap uit een andere soort.
Het Europees Parlement zegt dat bij NGT-1-gewassen geen nieuwe chimerische eiwitten mogen ontstaan die niet in de oorspronkelijke genenpool van het gewas zitten. Chimerische eiwitten zijn ‘fusie-eiwitten’ die ontstaan door de samenvoeging van een of meer genen in een gewas. Volgens Cogem kunnen chimerische eiwitten ook bij gangbare veredeling ontstaan, ook als die nog niet in de oorspronkelijke genenpool van het uitgangsmateriaal voorkomen. Volgens Cogem zou daarvoor geen uitzondering in de regelgeving moeten worden gemaakt.