Grondexploitatiemaatschappij Californië heeft met terugwerkende kracht jaarverslagen aangepast, omdat het resultaat sinds 2022 bijna € 1,5 miljoen lager uitvalt. Californië is met telers in gesprek over een schikking over de veelbesproken terugbetaalclausule.
Er zijn onjuistheden geconstateerd in de post langlopende schulden en rentekosten in de laatste jaarverslagen van Californië. Die leningen zijn gesloten bij de provincie Limburg en gemeente Horst aan de Maas. De schuld- en reservepositie, maar ook resultaat verslechteren door de aanpassing. Per saldo neemt het resultaat over de jaren 2022-2024 met € 1.475.000 af en daarmee ook de overige reserves. Dat heeft ook consequenties voor de provincie en gemeente.
Schikking terugkoopclausule
Het Limburgse grondbedrijf Californië zit in een lastige positie en dreigt failliet te gaan door een clausule in contracten voor tuinbouwgrondtransacties uit 2007 en 2008. Glastuinders die de grond kochten, zouden een terugbetaling ontvangen als er nadien grondtransacties werden gesloten tegen lagere prijzen. Dat gebeurde in 2019 toen grond goedkoop werd verkocht voor zonnepaneelvelden. Californië is van mening dat de clausule niet geldt, omdat het geen tuinbouwgrondtransactie was, maar de rechter vond in 2024 dat de clausule wel gold.
Californië is in hoger beroep gegaan, maar werkt ook aan een schikking met de tuinders, stelt het zelf in het jaarverslag over 2024 dat in voorjaar 2025 uit kwam. Door het vonnis van de rechter en de terugbetaling van ruim € 14 miljoen is de continuïteit van de vennootschap ernstig in het geding, stelt Californië. Ook twee andere tuinders hebben zich gemeld met een claim van € 5,7 miljoen voor dezelfde clausule.
Constructieve sfeer
De tuinders willen graag een minnelijke regeling, zo schreef Californië in het jaarverslag. “Deze gesprekken vinden plaats in een constructieve sfeer. De tuinders zijn niet uit op een faillissement, omdat dat voor iedereen de slechtste optie is, immers bij een faillissement zal er minder overblijven dan bij continuïteit.”
Californië heeft de oud-directeur en toenmalige raad van commissarissen een jaar geleden aansprakelijk gesteld voor de schade die Californië lijdt door deze terugbetalingsclausule en voor de schade die Californië lijdt, doordat de verkoop door Californië van kavels aan vennootschappen van de voormalige directeur die mogelijk tegen een te lage prijs heeft plaatsgevonden.
Wat de actuele stand van zaken is, blijft onduidelijk. Betrokkenen onthouden zich steeds van commentaar.