Het loopt voorspoedig met de biologische bladgewassenteelten bij Be-leaf in ’s Gravenzande. Siete Neef: “De afzet gaat gelukkig ook vlot. Er is eerder wat tekort dan te veel. Daarom zou je soms wel eens willen dat het sneller groeide, maar dat heb je niet zelf in de hand. Heel soms moeten we dus wel eens nee verkopen. We gaan toch langzamerhand weer de rustigere periode in wat groeisnelheid betreft.”
Krijtje
De gewassen zijn goed door de eerdere hete periode heen gekomen. “Door veel te luchten en het laten krijten van een deel van de kas, hebben we het gewas een redelijke bescherming kunnen geven. Daarbij had je in augustus al niet meer die hele felle instraling. En het was maar een paar dagen echt heel heet.” De rucola en sla ondervonden niet echt last van de weersomstandigheden. “Veldsla wel iets. Dat is toch een moeilijker product om te telen.”
Het lichte krijtje slijt uit zichzelf weer van het dek af.
Grond opentrekken
Neef is momenteel druk bezig met de grondbewerking. “We laten de grond tot ongeveer 50 centimeter diepte open trekken, zodat het water weer goed weg kan. We zitten hier op grond die vrij makkelijk dichtslibt.” Het is bij de bewerking goed te voelen dat er een grondplaat breekt op 20 tot 25 centimeter diep, net onder de eerste laag die normaal bewerkt wordt voor de teelten. “Een goede bodemstructuur is toch een van de belangrijkste dingen in een biologische teelt. Je ziet het ook: in kappen waar je terugkomt na de bewerking, komen gewassen die wat mindere plekken waren gaan vertonen als een tapijtje weer terug.”
Onkruidgroei
Hij probeert de tweede laag open te trekken zonder vermenging met de bovengrond. “Anders zou je meer last krijgen van onkruidgroei.” Door wekelijks aandacht te besteden aan het netjes schoon houden van de grond, krijgt onkruid weinig kans. Daardoor kan hij ernaar streven om slechts eens in de 2,5 jaar te hoeven stomen. Die laatste maatregel is duur om uit te voeren, en gaat ook tijdelijk ten koste van het te betelen oppervlak. “Al is het na het stomen wel prettig als je in de winter op warme en zuivere grond kunt telen. Dat gaat op zich wel heel goed.”
Behoud structuur
Voorheen gebruikte Neef tuinbouwtrekkers om de grond tussen de teelten in te frezen. “Dat hebben we afgezworen. We gebruiken nu alleen handfrezen.” Dat is duidelijk beter voor het behoud van de grondstructuur. “Sinds die tijd halen we toch een 10 tot 15 procent hogere productie.”
Meststoffen
De bemesting, met de volgens SKAL-normen verplichte 50 procent meststoffen uit de B-categorie, verloopt goed. “We hadden daar nog niet zo heel veel ervaring mee. Maar we hebben toch een goed resultaat behaald met de kippenmestkorrels en luzerne.” Hij merkt dat de verzouting van de grond, die hij vooraf een beetje verwacht had door de kippenmest, meevalt.
Minder plagen
Sla en rucola blijven ook in de herfst belangrijke gewassen. Met spinazie is hij in deze periode gestopt. “In een herfstteelt heb je snel last van ‘het wit’. Ook geeft het met donker weer makkelijk te hoge concentraties nitraat.” Met de radijsteelt is hij gestopt omdat de afzetvolumes slechts gering waren. Dat had ook een positief effect op de overige teelten. “Sinds we gestopt zijn met radijs, hebben we ook minder druk van allerlei ongedierte, met name luis en rupsjes.” Dit jaar is het qua plagen overigens rustig. “We hebben nog helemaal niet hoeven spuiten. Alles is onder controle.”
