Peter Moors en zijn neef Ton Moors in Middenmeer plantten hun eerste ijsbergsla in week 10, dat was in de eerste week van maart en in de week voor de vorstperiode die uiteindelijk aanhield tot eind maart. “Dat gewas staat er goed op” aldus Peter Moors midden vorige week.
Tien dagen na deze eerste planting en na een eerste vorstperiode, werd het weer tijdelijk even gunstiger. In die paar dagen gingen nog enkele plantingen de grond in, die ook werden afgedekt met vliesdoek. Vervolgens viel de vorst weer in, toen met veel wind. “Deze plantingen hebben wel een tik gehad, in tegenstelling tot de allervroegste teelt. Die vroege planten hebben in de eerste groeiweek meteen kans gezien om in te wortelen, denk ik. Bovendien kregen ze meteen een bui regen, waardoor dat gewas direct wat body kon maken.”
De rest van maart (in de weken 12 en 13) was planten onmogelijk. “We hebben een heel klantvriendelijke plantenkweker, hij kon de planten lang voor ons vasthouden.”
Moors verwacht zo’n 10 dagen later dan normaal te kunnen starten met snijden. De vraag was wel welke planting het eerste oogstbaar is: de planting van week 10, of een van de latere plantingen? ”In eerste instantie leek die eerste planting voor te lopen. Ik hoop dat dit bij de oogst ook nog zo is, maar ik ben er nu niet zo zeker meer van of dat ook werkelijk gaat uitkomen.”
Schuiven met doek
Wel zit het er dik in dat er een hausse in de productie ontstaat. ‘Vandaar dat we van de laatste plantingen die onder doek zijn gegaan, dat was tot half april, de afdekking al hebben verwijderd. Dat remt de groei wat. Dat doek hebben we op de plantingen gelegd, die we na het planten niet meer afgedekt hadden. Al laat je het doek maar een paar dagen liggen, dan krijg je toch wat temperatuur in het gewas. Dat komt de groei ten goede. Je krijgt altijd een oogstgat tussen de plantingen die wel afgedekt zijn geweest en de niet meer afgedekte teelten. Dat oogstgat proberen we op deze manier wat dicht te trekken.
