Doorgaan naar artikel

Beter verdienmodel duurzame producten komt niet vanzelf

Een beter verdienmodel voor duurzame voedingsmiddelen komt niet vanzelf. Het is geen kwestie van simpelweg een hogere prijs vragen, maar begint met het bieden van meerwaarde.

De meerwaarde van duurzame producten moet duidelijk zijn voor alle partijen in de keten tot en met de consument. Het begint met de vraag wat duurzaam eigenlijk inhoudt. Duurzamer produceren is op zich geen punt van discussie. Maar wel de vervolgvraag wie de meerkosten gaat betalen. Dergelijke vragen kwamen aan de orde tijdens een bijeenkomst van ABN Amro: ’Van verliesmodel naar verdienmodel’.

Pierre Berntsen, directeur Agarische bedrijven van ABN Amro. - Foto: Jan Willem Schouten

Pierre Berntsen, directeur Agarische bedrijven van ABN Amro. – Foto: Jan Willem Schouten

Vier routes

Pierre Berntsen, directeur agrarische bedrijven van ABN Amro, benoemde vier routes naar verduurzamen die ook financieel houdbaar zijn:

  1. Meer produceren met minder inputs en inzet van moderne technieken. Het is de traditionele route die de Nederlandse landbouw veel heeft gebracht. Maar ook circulaire landbouw valt (deels) in deze categorie: hergebruik van middelen is immers circulair en financieel aantrekkelijk;
  2. Anders werken kan, maar omschakelen kost tijd en hoeft dan niet of nauwelijks tot hogere kosten te leiden. Voorbeelden variëren van niet-kerende grondbewerkingen, Veldleeuwerik en het verwaarden van restproducten tot het werken aan draagvlak;
  3. Subsidies of heffingen;
  4. Meerkosten voor verduurzamen verwerken in de prijs. Alle schakels in de voedselketen, inclusief de consument, betalen in deze route mee aan de meerkosten. Het is de belangrijkste route, aldus Berntsen, die het eerder al omschreef als de koninklijke route. Dat de vierde route werkt, is inmiddels duidelijk in de praktijk, bijvoorbeeld via concepten voor duurzaam varkensvlees, biologische producten, duurzame zuivellijnen en traag-groeiende vleeskuikens.

In de praktijk zal het vaak uitdraaien op een combinatie van de vier routes.

Aanbevelingen

Op de bijeenkomst waren circa 150 vertegenwoordigers uit de agrosector, overheden en andere organisaties aanwezig. Uit de deelsessies kwamen aanbevelingen voor een beter verdienmodel. De belangrijkste zijn:

  • Zonder duidelijke meerwaarde op smaak, gemak of duurzaamheid heeft discussiëren over een hogere prijs geen zin;
  • Producenten zijn zelf aan zet. Supermarkten willen best ruimte maken voor een product met een goed verhaal, maar de producent moet dat verhaal zelf aan de man brengen;
  • Vraag naar een bepaald product kan tijdelijk zijn;
  • De markt is niet eerlijk in de zin dat iedereen een gelijk deel van de koek krijgt. Iedereen profiteert wel als de koek groter wordt, bijvoorbeeld door innovatie;
  • Eigen marketingactiviteiten zijn duur en kosten veel tijd. Dat moet goed meegewogen worden;
  • Er is altijd een risico van prijsdruk op hoogwaardige producten door gangbare producten met lagere kostprijzen;
  • Meten van duurzaamheid moet zo vroeg mogelijk beginnen. Het geeft inzicht en kan helpen de positie in de keten te verbeteren;
  • Modellen en methoden om de werkelijke productiekosten (inclusief milieukosten) te berekenen, moeten met boerenverstand te begrijpen zijn.

Share this

Afbeelding
Wim Esselink

Voormalig redacteur

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin