Doorgaan naar artikel

Bas Bloem: ‘Telers zijn geen daders maar slachtoffers’

Neuroloog Bas Bloem won vrijdag 17 juni de Stevinpremie, Nederlands hoogste onderscheiding in de wetenschap. Hij kreeg die voor zijn onderzoek naar de schijnbaar onstuitbare opmars van de ziekte van Parkinson. Juist boeren en tuinders ziet hij als de grootste risicogroep voor deze hersenziekte. “De link met chemische gewasbescherming is evident.”

“Wat ik zeker in het artikel wil hebben is dat ik de boeren en tuinders níét als ‘dader’ wil bestempelen. Ze doen volgens de wet niks verkeerd. Maar ze zijn wel slachtoffers, door de regels die nu onvoldoende bescherming bieden.” Slachtoffers van een groot risico op de ziekte van Parkinson. Bas Bloem, hoogleraar neurologie aan het Radboudumc, zet alles op alles om wat hij de parkinson-pandemie noemt een halt toe te roepen. Een pandemie waar juist boeren en tuinders de volle laag van krijgen.

Uit een recente peiling op de website van Groenten & Fruit blijkt dat een op drie tuinbouwprofessionals zich ook zorgen maakt. Hoe komt het dat tot in het recente verleden er nog weinig aandacht was voor de link tussen blootstelling aan chemische gewasbeschermingsmiddelen en parkinson?

“Omdat het in Nederland tot nu toe aan precieze data ontbreekt. Je moet namelijk een parkinson-diagnose koppelen aan vier hoofdvragen: waar je woont (en hebt gewoond), wat voor werk je doet (en welke giftige stoffen bij dat werk worden gebruikt), wat je eet en hoe je genetische gevoeligheid is voor parkinson. Dit is in ons land veel minder nauwkeurig bijgehouden dan bijvoorbeeld in Frankrijk. Daardoor is de bewijslast tegen bestrijdingsmiddelen als belangrijke oorzaak veel minder sterk dan in bijvoorbeeld Frankrijk. Daar hebben ze een kaart kunnen maken van het land, waarin de gebieden waarin meer parkinson voorkomt een duidelijke overlap hebben met gebieden met veel wijnbouw. Soortgelijke verbanden zijn ook duidelijk gevonden in Canada en de Verenigde Staten.”

Daartegen wordt dan ingebracht dat dit verband ook kan komen door overdadig gebruik van koper in de wijnbouw.

“Maar in de toxicologie zijn voor een oorzakelijk verband tussen koper en parkinson weinig of geen aanwijzingen. Voor een verband met chemische gewasbescherming wel. De bedrijven uit de pesticidenindustrie, die met dit soort tegenwerpingen komen, vergelijk ik met de tabaksindustrie. Die probeerde in de jaren vijftig van de vorige eeuw twijfel te zaaien over het toen al bekende verband tussen roken en longkanker.”

De zorgen van boeren en tuinders, maar ook van omwonenden zijn volgens u dus terecht. Toch bepleit u niet een direct verbod van alle chemische middelen.

“Nee, dat zou paniekvoetbal zijn. Wel moet er op korte termijn een betere bescherming komen voor gebruikers van de middelen. Uit recent onderzoek blijkt namelijk ook nog eens dat de wettelijk verplichte beschermingsmiddelen, zoals pakken, handschoenen en maskers niet goed genoeg werken. En dit zeg ik niet alleen. Ook het RIVM en het Ctgb maken zich zorgen. Het Ctgb heeft, in samenspraak met mij, in het voorjaar van 2021 een brief gestuurd naar de Efsa in Brussel. Er zou vervolgens op korte termijn een grote werkconferentie gehouden worden, zo werd ons voorgehouden. Maar we zijn een jaar verder en er is niets gebeurd.”

Wat zou er moeten gebeuren?

“Betere beschermingsmiddelen. En een betere Europese screening van stoffen. Het gaat echt niet alleen over oude en allang verboden stoffen als paraquat en mancozeb. Het grote probleem is dat we van veel nieuwe stoffen, die zogenaamd aangetoond veilig zouden zijn, helemaal niet met zekerheid kunnen stellen dat ze geen oorzaak zijn van de ziekte van Parkinson. De manier waarop neurotoxinen nu op muizen wordt getest klopt namelijk niet. Bij de beoordeling wordt alleen gekeken of een muis na blootstelling aan bestrijdingsmiddelen parkinson-verschijnselen ontwikkelt. Maar dat gebeurt pas als zo’n 60-70% van de zenuwcellen in het voor parkinson relevante hersengebied kapot zijn. Dus zo’n middel kan de helft van de dopaminecellen hebben gesloopt, zonder dat de muis daarbij parkinson-verschijnselen ontwikkelt. En bovendien worden nu alleen losse stoffen onderzocht. Maar op gewassen wordt een cocktail van middelen gebruikt en consumenten krijgen ook een cocktail van middelen binnen met wat ze eten. Recent onderzoek laat zien dat sommige van die cocktails een extra hoog risico op de ziekte van Parkinson met zich meebrengen. Ook dat moet beter worden meegenomen in de screening.”

Ook consumenten, wij allemaal dus, vormen een risicogroep?

“Jazeker. Boeren en tuinders, die er met hun neus boven hangen zeg maar, lopen het grootste risico. Daarna komen omwonenden van de bedrijven waar de middelen gebruikt worden. En daarna jij en ik, als gebruikers van de producten die met de behandelde gewassen worden gemaakt. En ik snap dat er allerlei belangen spelen. Te beginnen bij de individuele boeren en tuinders, die het al moeilijk genoeg hebben en alleen maar bezig zijn met een goede opbrengst van hun teelt en brood op de plank voor hun gezin. Ik begrijp dat die zullen denken: hopelijk gaat deze gifbeker aan mij voorbij. Je denkt altijd dat het wel de buurman overkomt maar jou niet.”

Het is toch zo dat de indruk bestaat dat er in het Westland of de Bollenstreek onder tuinders of oud-tuinders veel meer parkinson voorkomt?

“Die indruk hebben we zeker, maar dat moeten we nu verder goed gaan onderzoeken. Voor heel Nederland willen we nu als eerste systematisch bewijzen verzamelen voor het verband met die vier factoren die ik eerder noemde, op dezelfde manier waarop de Fransen dat gedaan hebben.”

Hoe is het contact hierover met de land- en tuinbouw zelf?

“Ik heb wel met LTO gesproken, maar dat is nog incidenteel gebleven. Nogmaals, ik wil schouder aan schouder met boeren en tuinders staan. Ik spreek binnenkort met minister Staghouwer van Landbouw. En mijn voornaamste boodschap zal zijn: ‘Bescherm de boeren!’. Bescherm ze tegen deze ziekte. Maar bescherm ze ook tegen de economische gevolgen die mogelijk op ze afkomen als er strengere regels komen, zoals spuitvrije zones of duurdere beschermingsmiddelen.”

En tegen de gevolgen van minder goed werkende groene middelen?

“Ik ben geen tuinbouwkundige. Maar hoe mooi zou het zijn al Nederland gidsland kan worden voor groene gewasbescherming.”

Daar hebben we toch ook de grote producenten van gewasbeschermingsmiddelen voor nodig.

“Zeker. Maar dan niet zoals ze nu te werk gaan. Dat die bedrijven een belangrijke rol spelen in de commissies die het beleid in de EU vaststellen en in het onderzoek naar de veiligheid van de middelen, daar klopt geen kokosnoot van.”

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin