‘Prei met sproeiboom 20 tot 25 millimeter beregenen’

Hij beregent met een sproeiboom en met een haspel. “In principe gebruiken we de sproeiboom in de bloemkool. Dat heeft met het perceel te maken, maar ook met de mooiere waterverdeling.”

“In de prei hebben de sproeiboom ook al een keer gebruikt omdat dit zo uitkwam en we zijn er een keer met de haspel doorheen geweest. We geven met die sproeiboom 20 tot 25 millimeter per keer. Dat is een mooie hoeveelheid om het vochtgehalte enigszins op peil te houden”, vertelt de Belgische teler.

Invloed bloemenmengsel

Schelfhout teelt biologisch en werkt met het vasterijpadensysteem. Op de oogstpaden van vorig jaar in de bloemkool is nu in het kader van een project een bloemenmengsel gezaaid.

“Ik heb de indruk dat dit bloemenmengsel harder aan het vocht trekt dan de prei. De rijen prei die naast de paden met bloemenmengsel staan, blijven wat achter in groei. Er moet nog onderzocht worden of dat de werkelijke oorzaak is.”
_{Lees verder onder de foto}

De bloeiende bloemen naast het perceel prei. – Foto: Frank Schelfhout

Trips zoals het komt

De ontwikkeling van de tussen eind juni en begin juli geplante Poulton, Vitaton en Aylton blijft achter bij wat Schelfhout gewend is. “De gewassen zullen nog een inhaalslag moeten maken, willen ze aan de normale producties komen. Dat komt toch door dat hele hete weer.” Daardoor is de druk van trips ook aanzienlijk, roest daarentegen heeft hij nog niet aangetroffen.

“Tegen trips mogen wij Tracer gebruiken, maar maximaal drie keer. Een keer daarvan gebruik ik in het najaar om preimineervlieg te bestrijden, want dat vormt hier een groot probleem. Tegen trips kan ik dus niet zoveel beginnen, we moeten het nemen zoals het komt. Bij Poulton zie je meer aantasting dan bij de andere twee rassen, maar dat kan ook te maken hebben met het perceel, want daar staat mais in de buurt.”

5.000 liter water op geponste prei

Het gaat om geponste prei die Schelfhout aangoot met 5.000 liter water per hectare. “Dat is heel veel, maar dat is nodig voor een vlotte weggroei. Het water moet uit de gaten naar boven komen. We geven dat heel gericht en met een fijne straal.”

100 kilo verschil in bodemmonsters

Voor het planten liet hij de grond bemonsteren. De uitslag was een voorraad van 300 kilo N per hectare. “Dat zal komen door de voorvrucht van gras/klaver en geitenmest. Toch vertrouw ik die uitslagen nooit helemaal, want ik heb ooit bij twee laboratoria monsters laten nemen en daar zat 100 kilo verschil in. Ik neem de uitslag daarom met een korreltje zout, maar voorlopig heeft het gewas nog niets nodig.”

“We kunnen nog een keer een bijmestmonster laten steken en kijken wat er dan nog aan stikstof in zit. Dan kunnen we nog bijmesten met een organische mestkorrel.”

Onkruid te lijf gaan: ‘Da’s bio, hè’

Het onkruid heeft Schelfhout goed onder de duim. “Daarvoor hebben we al een keer de rijenfrees gebruikt, een keer geschoffeld, een keer aangeaard en een keer met de vingerwieder de rugjes weer afgebouwd. Da’s bio, hè…”

“We zullen er zeker ook nog een keer met de hand doorheen moeten, want nu is er wat water gevallen nadat we de grond nog een keer bewerkt hadden bewerkt. Met die grondbewerking haal je ook zaden naar boven die nu kunnen gaan kiemen. Op een gegeven moment kun je er met de machine niet meer doorheen, dus dan resteert handmatig wieden.”

Auteur: Stan Verstegen