Doorgaan naar artikel

‘Je kunt niemand lage preiprijzen aanrekenen’

“Ik ben nu bonen aan het dorsen, je moet iets doen om de kost te verdienen”. Helemaal zonder ironie klinkt het niet. Gert-Jan Aerts in Kronenberg heeft naast prei ook bonen voor zaaizaad.

Zijn afnemer krijgt de bonen geschoond aangeleverd voor verdere verwerking. “We zijn met dat dorswerk ieder najaar een paar weken bezig, min of meer als vervanging voor herfstprei. Die telen we al lang niet meer.” Aerts heeft alleen nog zomer- en winterprei. “Het werk wat we aan de bonen hebben, is absoluut een welkome aanvulling op de bedrijfsvoering, het is niet voor niets dat we er een aantal jaren geleden mee gestart zijn.”

Geld verdienen door te stoppen

Wat Aerts betreft is onderhand “alles wel over de crisis met prei gezegd.” Zo ook op de telersbijeenkomsten die zaadfirma Nunhems onlangs organiseerde in Noord-Brabant en Limburg. Het verhaal wat daar werd verteld, bevatte dezelfde constateringen als vorige maand opgetekend konden worden op de Internationale Preidag op het Proefcentrum voor de groenteteelt in Kruishoutem: ‘Er wordt 3.000 hectare meer prei geteeld, dan de markt aankan’. “Iemand merkte op dat je het meeste kunt verdienen door te stoppen met prei…”

Aerts vervolgt: “Het is een feit dat dat de productstijging door veredeling en door de teelttechniek harder gaat dan de consumptie, terwijl deze scheefgroei niet gecompenseerd wordt door een krimp in het areaal. Dat kun je niemand verwijten. De hybriden van nu en in de toekomst zijn zo goed dat ze in de winter in staat zijn zomerproducties te leveren, Natuurlijk zijn er telers die stoppen, maar dat zet in ieder geval tot nu toe geen zoden aan de dijk. Je ziet ook dat telers omhoog gaan met het aantal planten per hectare, om zo de kostprijs te drukken: ga je van 75 centimeter naar 60 centimeter tussen de rijen en naar 200.000 planten per hectare, dan mag je 10 ton extra productie verwachten. Om dat te compenseren, zou het areaal evenredig moeten krimpen. Dat gebeurt niet, dus komt er per saldo nog meer prei op de markt.”

“We hebben dit allang zien aankomen. Plantenkwekers halen hun vroegste preiplanten uit Marokko. Dat geeft een mooie start: zonder schot met een perfecte groei. Geeft die vroegste prei slechte prijzen, dan houd je daar – als de productie door de weersomstandigheden niet ineens onderuit gaat – de rest van het seizoen last van.”

Heeft het dan nog zin door te gaan? “We hebben nog winterprei staan. Heel eerlijk: ik moet nog bezien of er zomerprei achteraan komt. Ik zit nu in de bonen, alles hiermee is op voorhand al dicht getimmerd. Ik weet wat ik moet produceren, en hoe de kwaliteit moet zijn, vraaggestuurd dus. Dat viel dit jaar vanwege de vele neerslag overigens niet eens mee, maar doordat je op voorhand weet welke prestatie van je verlangd wordt, voorkom je excessen als met prei: 15 tot 24 cent per kilo, daartussen schommelt het.”

Doek erover bij vorst

De Pluston van Aerts staat “mooi gezond te wachten op betere tijden.” Begin vorige week is het gewas nog preventief behandeld met Folio Gold en Kenbio, en tevoren met Signum tegen purper- en papiervlekkenziekte. Trips en roest vormen evenmin een probleem. “Gaat het vriezen, dan gaat er doek overheen. De teelt is voor januari/februari, maar niet voor de huidige prijzen.”

Bekijk meer

Share this

Joost Stallen
Joost Stallen

redacteur vollegrondsgroenteteelt

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin