Doorgaan naar artikel

Regen speelt drukte op beide peenmiddagen in de kaart

Bewaarkwaliteit, rassen, teeltinnovaties en spuittechnieken. Peentelers kwamen massaal af op de regenachtige peenmiddagen in de Noordoostpolder.

Als de hemel vanuit de dreigende wolkenluchten dan echt openbreekt om een uur of drie, stroomt een deel van de bezoekers snel de schuur in, maar zeker niet allemaal. Al dan niet gewapend met paraplu loopt een groot deel gewoon de demoveldjes langs. Langs de weg staat een lange rij auto’s. Animo genoeg voor de peenmiddagen in Nagele en Tollebeek op deze natte woensdagmiddag in oktober. Midden op de middag gaat het aantal telers zeker al voorbij de honderd.

Lees verder onder de foto.

Het was al vlot druk op de Nationale Peen Manifestatie. - Foto: Ruud Ploeg

Het was al vlot druk op de Nationale Peen Manifestatie. – Foto: Ruud Ploeg

Dat het twee locaties en organisaties zijn die een peenmiddag op dezelfde dag houden, zorgt wel voor wat verwarring. “Straks was hier een teler die zich had aangemeld voor de spuitlicentie op de andere peenmiddag”, vertelt Johan Punter van de Nationale Peen Manifestatie. Hij staat voor de schuur in Nagele en zorgt ervoor dat groepjes langs de proeven gaan. “Wij hadden deze datum eerder geprikt.” Waarom niet samen een peenmiddag? “Dat hebben we al geprobeerd en dat werkt niet”, is alles wat hij daarover kwijt wil.

Lees verder onder de tweet.

November is te laat

Wie een peenmiddag houdt, komt al gauw in oktober terecht. “Dan is echt wat te zien op het veld en hebben telers er tijd voor”, zegt Punter. “November is te laat, dan zijn al heel wat wortels gerooid.”

Desalniettemin is het op beide evenementen druk. De regen speelt de organisaties in de hand; op het veld kunnen telers, in elk geval in de Noordoostpolder, niet veel doen.

“Het loopt lekker door”, is ook de ervaring van Johan Wander van Delphy, die voor de schuur in Tollebeek staat. Ook Zeeuwen en Groningers zijn naar Flevoland getrokken om het nieuws op peengebied te zien, zo blijkt. Op het erf worden de auto’s naar parkeerplekjes geloodst. Vast velen die beide middagen bezoeken.

Lees verder onder de tweet.

Telers zijn geïnteresseerd in de getoonde innovaties, merkt Delphy-collega Emiel Kamminga. En dat gaat verder dan machines kijken. Hij leidt groepjes rond over het demoveld. “De Zweedse teeltmethode roept bijvoorbeeld allerlei vragen op”, vertelt Kamminga. “Of het wel zinvol is op deze gronden bijvoorbeeld, omdat je ze dan wel in het voorjaar moet rooien. Dit is een beddenteelt waarop de peen met grond wordt bedekt als bewaarmethode. Dat scheelt dus de bewaarkosten van een koeling. Een teler van de zandgronden herkende het systeem in de methode van afdekken met stro. Volgend jaar gaan we het systeem groter testen, dan wordt misschien meer duidelijk. We doen proeven om dingen te leren.” Dat het in Zweden lukt, zegt volgens Wander genoeg; dan moet het hier ook kunnen.

Lees verder onder het filmpje.

Zorgen om spuittechnieken

Zorgen zijn er duidelijk om de spuittechnieken. Met welke spuit zit je goed de komende jaren? Kamminga: “Ik sprak een teler die net een Wingsprayer heeft aangeschaft en toch nog twijfelt of hij er goed aan heeft gedaan. De regelgeving is zo onstabiel dat telers niet weten waar ze aan toe zijn. Er is behoefte aan duidelijkheid. Intussen proberen wij alles ook zo goed mogelijk bij te houden.”

Over bemesting hebben beide peenmiddagen een helder signaal: je kunt het met minder stikstof doen. “Daar waar weinig stikstof is gestrooid, staat het loof er in onze proeven net zo mooi op als waar veel stikstof is toegepast”, ziet Kamminga. “Natuurlijk kunnen we pas na het rooien oordelen, maar de stand van het gewas is al heel frappant: je ziet gewoon geen verschil.”

Bekijk meer

Share this

Petra Vos
Petra Vos

redacteur vollegrondsgroenten

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin