Doorgaan naar artikel

Sector maakt zich weinig zorgen over eurocrisis

Kort na de bankencrisis zucht Europa nu onder de eurocrisis. Maar op de agenda’s van de bedrijven in de tuinbouwketen speelt die eurocrisis nauwelijks een rol. Bron: Groenten & Fruit Actueel – Tekst: Eric Beukema en Ton van der Scheer.

De angst voor het verdwijnen van de euro is wel groot. De zo belangrijke export komt dan onder druk.

Raakt Nederland weer in een recessie? De cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) afgelopen week presenteerde zijn niet hoopgevend. Het blijkt dat de Nederlandse economie in het derde kwartaal van 2011 met 0,3 procent is gekrompen in vergelijking met het tweede kwartaal. De economie is wel 1,1 procent gegroeid ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder.

Maxime Verhagen, minister van EL&I, liet meteen weten dat de onrust in Europa nu vat krijgt op de Nederlandse economie en dat het licht op oranje staat.

Volgens minister Jan Kees de Jager van Financiën is Nederland meer dan andere landen gevoelig voor ontwikkelingen in de wereldeconomie. “Onze exportafhankelijkheid is heel groot.” De internationale situatie met een teruglopende economie is volgens hem zorgelijk.

Een paar dagen voordat het CBS de kwartaalcijfers uitbracht meldde de Europese Commissie al dat het voorzichtige economische herstel dat zich het afgelopen jaar aftekende weer tot stilstand is gekomen. Eurocommissaris Olli Rehn van Economische en Monetaire Zaken waarschuwde dat tegen de achtergrond van de diepe schuldencrisis in Europa het risico op een nieuwe recessie groot is.

Alsof dat nog niet genoeg is, kwam ook het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) met de publicatie van ‘De sociale staat van Nederland’. Hierin concludeert het SCP dat donkere wolken zich samenpakken boven de Nederlandse samenleving. De economische crisis duurt voorlopig voort en zal gevolgen hebben voor de kwaliteit van leven, aldus het SCP.

Risico export
Krijn Poppe, econoom bij het LEI, denkt niet dat de agrarische sector compleet immuun is voor een recessie. “Er is geen ontsnappen aan. Mensen blijven wel eten, maar een aantal producten zal wel degelijk prijs- en inkomenseffecten hebben. Vooral bloemen, groenten, vlees en bepaalde zuivelproducten zullen onder prijsdruk komen te staan.”

De export krijgt volgens de LEI-econoom wel last. Omdat de risico’s van export hoger worden door onzekerheid over de betalingen zullen de transactiekosten hoger zijn door de noodzakelijke extra verzekeringen.

Euroscepsis
In Nederland is door de eurocrisis in de zuidelijke landen een flinke stimulans gegeven aan de toch al heersende euroscepsis. De PVV laat onderzoek doen naar een terugkeer naar de gulden. Ook al blijkt uit het SCP-onderzoek dat de invoering van de gulden elke Nederlander jaarlijks gemiddeld een weeksalaris oftewel circa 500 euro oplevert. Ons lidmaatschap van de EU levert ons zelfs een compleet maandsalaris op.

De tuinbouw is al sinds jaar en dag een groot voorstander van een grote Europese Unie én van de Europese munt. De grote afhankelijkheid van een vlotte export zorgt dat daar ook nu geen enkele twijfel over bestaat. Over gevolgen van de eurocrisis voor teelt en handel in groente en fruit maakt de sector zich op dit moment weinig zorgen. “De eurocrisis staat alleen op de agenda vanwege het bedrijfspensioenfonds”, zegt Leo Welschen van handelskoepel Frugi Venta. “Voor de sector zelf is alleen de koers van de euro van belang. Die fluctueert maar in beperkte mate.” Iets heviger koersschommelingen tussen euro en het Engelse pond en de Russische roebel zorgden recentelijk nog wel voor problemen. In 2008 en 2009 had de tuinbouwexport naar die landen flink te lijden omdat pond en de roebel ten tijde van de bankencrisis onderuit gingen ten opzichte van de euro. “Nu gaan nadenken over wat er gebeurt als landen uit de euro zouden stappen is echt prematuur. Daar speculeren wij niet op”, zegt Welschen.

Speculeren over een terugkeer naar verschillende valuta is ook geen vrolijkmakende exercitie; het roept slechte herinneringen op aan muntdevaluaties door met name Spanje. Telkens als de peseta ten opzichte van de gulden in waarde verminderde, was dat een direct concurrentievoordeel voor de Spaanse tomaten, paprika’s en andere groente op de Europese markt. Met minder Duitse marken of Engelse ponden kon dezelfde hoeveelheid Spaanse tomaten worden gekocht. Terwijl het Nederlandse product nog net zo veel kostte.

Door de muntunie die Nederland al in 1983 met Duitsland aanging was een dergelijk voordeel voor onze producten niet meer weggelegd. Ook de Franse en de Italiaanse groentetelers konden met enige regelmaat van een dergelijk exportvoordeel profiteren. Met name op de omvangrijke en kapitaalkrachtige Duitse markt, die goed is voor meer dan de helft van alle Nederlandse export.

Iets dergelijks staat de Nederlandse tuinders weer te wachten als er een splitsing zou komen in een noordelijke en een zuidelijke euro.

Lees ook: ‘Wat doen euro en EU voor de sector?’

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin