Doorgaan naar artikel

‘25% biologisch: hoe dan?’

Alweer enkele maanden geleden presenteerde Frans Timmermans een aantal punten uit de Green Deal, die relevant zijn voor de agrarische sector.

Een daarvan is het verhogen van de biologische productie tot 25% van het totale landbouwareaal in de EU in 2030. ‘Kan dat wel?’ was mijn eerste reactie toen ik dat zag. Het biologische areaal in de EU bedraagt nu namelijk 8%. Ik kan er ook niks aan doen, ik ben nou eenmaal een realist. In ieder geval geen idealist en ook niet een uitgesproken pessimist of optimist. Die laatsten leven gemiddeld wel het gelukkigst volgens wetenschappelijk onderzoek. Maar ik hou me dus graag bij de kale feiten.

Heel grote verschillen tussen landen en gewassen

Die feiten zeggen wel dat er heel grote verschillen tussen landen en gewassen zijn als het gaat om biologisch boeren en telen. In Oostenrijk is bijvoorbeeld al een kwart van het landbouwareaal biologisch (veel alpenweiden) terwijl dat in Nederland slechts 3,1% is. Voor een typisch biogewas als rode biet is ook in Nederland bijna de helft van het areaal biologisch gecertificeerd. Maar in de glasgroente is dat maar 1,1% en in de hardfruitteelt 3%.

Stimuleren van biologisch aanbod kan desastreus uitpakken

Ik vraag me af of de Europese Commissie zich realiseert dat het stimuleren van het biologisch aanbod desastreus kan uitpakken voor de telers als de vraag niet voldoende meegroeit. Momenteel is het marktaandeel biologische groente en fruit in Europa (en ook Nederland) zo’n 5%, met uitschieters tot 10 à 15% in landen als Denemarken, Oostenrijk en Zwitserland. Als we in Nederland bijvoorbeeld 12,5% marktaandeel willen bereiken in bio-AGF, zou de vraag de komende tien jaar al met bijna 10% per jaar moeten groeien.

Gaan we dan de bioproducten uit Verweggistan met EU-geld bevoordelen ten opzichte van lokaal duurzaam geproduceerde producten zonder biocertificaat?

Fors overheidsingrijpen

Zo’n verschuiving is voor de tuinbouw vrijwel onmogelijk, maar voor extensieve veehouders of graantelers best reëel. Voor tuinbouwproducten kan fors overheidsingrijpen wellicht helpen, bijvoorbeeld via het belasten van gangbare producten of het juist niet belasten van bioproducten. Maar dat zal zeker tot discussies leiden. Want gaan we dan de bioproducten uit Verweggistan met EU-geld bevoordelen ten opzichte van lokaal duurzaam geproduceerde producten zonder biocertificaat?

Niet omschakelen omdat politiek het zegt

Kortom, dit plan is haalbaar zolang het voor de totale landbouw in de EU geldt en niet ook voor afzonderlijke sectoren in individuele landen. Nederlandse telers die willen omschakelen naar bioteelt moeten dat vooral niet doen omdat de politiek het zegt. En vooral wel omdat ze een markt hebben gevonden voor hun producten en omdat ze zelf graag op de biologische manier willen telen.

Share this

Afbeelding
Cindy van Rijswick

analist groente en fruit bij Rabobank Research Food&Agribusiness

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin