Doorgaan naar artikel

Het wonder van omzeilde kartelregels

Gisteren schreef komkommerteler Sjaak van Dijk in een derde open brief op onze website over een team onder leiding van Geert van Oosterhout, dat samen met onder andere topambtenaren bij EZ overlegt over een nieuwe afzetstructuur.

Wij hebben dat bij Geert van Oosterhout nagevraagd. Hij kon echter niet veel meer zeggen dan dat er inderdaad al sinds dit voorjaar een overleg is, dat door de Russische boycot alleen maar aan urgentie heeft gewonnen; maar ook dat wat er verder in de open brief van Sjaak van Dijk staat niet klopt. Hoe het dan wel zit, dat is nog te vroeg om te vertellen, stelt Van Oosterhout. Het welbekende verhaal van de broedende kip, die niet moet worden gestoord, omdat er anders geen kuikentjes van komen.

Dat er overleg is tussen overheid en bedrijfsleven hoeft natuurlijk geen verbazing te wekken. De tuinbouw is door de overheid aangewezen als economische topsector. En wanneer een van die topsectoren in zulke problemen is als nu de tuinbouw, dan zou het vreemd zijn als er in die zogenaamde gouden driehoek van overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen géén overleg plaatsvindt.

Maar er is nog een heel verschil tussen overleg en het bereiken van een nieuwe afzetstructuur. Van Dijk schetst in zijn brief van gisteren een beeld als zou er een overkoepelende organisatie komen met vertegenwoordigers van de telersverenigingen, die samen afspraken kunnen maken over richtprijzen voor de verschillende producten en ook over het uit de markt nemen van product om overaanbod te voorkomen.

Als dat waar zou zijn, zou dat een complete aardverschuiving zijn op de markt voor groente en fruit. De juridische ruimte in de Nederlandse en Europese kartelregels, waarover al jaren gespeculeerd wordt, zou kennelijk dan toch eindelijk zijn gevonden en tot een waterdicht plan zijn gesmeed.

Alsnog APO

Mocht dit al zo zijn – de wonderen zijn de wereld nog niet uit – dan lijkt het vervolgens toch zeer onwaarschijnlijk dat deze werkwijze ook gaat gelden voor de telersverenigingen die niet GMO-erkend zijn. Het toestaan van overleg en samenwerking tussen telersverenigingen lijkt immers erg op de Associatie van Producentenorganisaties oftewel de APO, waarnaar enkele jaren ook al werd gestreefd. En voldoen aan de Europese regels om tot een APO te komen, kan toch alleen binnen de Gemeenschappelijke Marktordening voor groente en fruit.

Dat Brussel hecht aan die GMO als hét middel om samenwerking tussen telers te stimuleren, blijkt wel weer uit de bevoordeling van GMO-telersverenigingen in ook het nieuwe noodfonds van 165 miljoen euro, dat gisteren is overeengekomen. De paradox dat het Europese systeem om samenwerking tussen telers te bevorderen in Nederland nu juist die samenwerking bemoeilijkt, dát is misschien wel de hardste noot om te kraken. Zouden overheid en bedrijfsleven daar op wat voor manier dan ook binnenkort daadwerkelijk in blijken te zijn geslaagd, dan mag de tuinbouw zich eens te meer weer een topsector noemen.

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin