Doorgaan naar artikel

Coronaregels én bestaande regels arbeid naleven

Tuinders worstelen met de anderhalvemeterregels voor hun personeel, tot in de slaapkamers en wasruimtes van de arbeidsmigranten aan toe. De overheid is niet zomaar van zins de ‘normale’ regels rond arbeid vanwege het coronavirus tijdelijk op te schorten. Er komt zelfs een Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten.

Het coronavirus loert nog overal. En dus blijft op de werkplek, op weg daarnaartoe en weer thuis in de ‘arbeidshotels’ het devies: afschermen of afstand houden. Want tuinders nemen graag de verantwoordelijkheid voor de continue aanvoer van groenten en fruit. Maar willen we ook de verantwoordelijkheid nemen voor een nieuwe virushaard?

Geen denkbeeldig risico, gezien de tot voor kort normale manier waarop de buitenlandse medewerkers gehuisvest waren. Extra woonunits neerzetten dan maar, zodat ze allemaal wat meer ruimte hebben. Maar vindt de gemeente dat dan wel goed?

“We hebben nog geen signalen ontvangen dat gemeenten handhaven op het plaatsen van meer dan de afgesproken aantal units, zeker als je aangeeft dat het tijdelijk is”, zei Peter Baltus van LTO Noord vorige week op het wekelijkse webinar van de Werkgeverslijn Land- en Tuinbouw. Om meteen een melding in de chatbox van het webinar te krijgen van een tuinder die wel degelijk in de clinch lag. Baltus beloofde meteen met de tuinder en zijn gemeente in gesprek te gaan.

Lees verder onder de foto‘s

De wasruimte van het arbeidshotel van Kafra in Venray, voorzien van aanwijzingen om het coronavirus tegen te gaan. - Foto: Bert Jansen

De wasruimte van het arbeidshotel van Kafra in Venray, voorzien van aanwijzingen om het coronavirus tegen te gaan. – Foto: Bert Jansen

Spanningsveld tussen overheden en bedrijven

Het toont het spanningsveld tussen overheden en bedrijven. Door het coronavirus komen er heel veel nieuwe regels. Maar de oude regels gelden formeel ook nog. Ook op het gebied van de bescherming van arbeidsmigranten.

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wouter Koolmees beschreef dat in een Kamerbrief aldus: “De coronacrisis maakt de bestaande problemen rond arbeidsmigranten, zoals tekorten aan goede huisvesting en de afhankelijkheidsrelatie van de werkgever, alleen maar pregnanter. De kwetsbare positie van arbeidsmigranten zorgt voor een verhoogd risico op besmetting met het coronavirus, wat zowel schadelijk is voor de gezondheid van arbeidsmigranten zelf, als voor de continuïteit van vitale processen zoals in de voedselketen.”

Aanjaagteam om bescherming arbeidsmigranten op agenda te zetten

Vandaar het nieuwe Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten, waar die brief van Koolmees over ging. In dat team wordt onder leiding van Emile Roemer de deskundigheid van vijf ministeries gebundeld. Het aanjaagteam moet de bescherming van arbeidsmigranten agenderen bij gemeenten en provincies en natuurlijk bij de werkgevers. De SP-burgemeester van Heerlen heeft daarbij als taak te zoeken naar ‘maatregelen voor de bescherming van arbeidsmigranten op de korte en (middel)lange termijn’.

Dat laatste wijst erop dat het niet alleen maar gaat over het coronavirus en 1,5 meter afstand houden. Maar ook over hoe we structureel zorgen voor veilig werk, eerlijke beloning en goede huisvesting en hoe het maatschappelijk draagvlak geregeld is.

Tuinbouwstreek Westland worstelt ook met huisvestingsdossier

Dat draagvlak bleek zelfs in dé Nederlandse tuinbouwstreek Westland minder vanzelfsprekend dan misschien kon worden verwacht. Wethouder Karin Zwinkels beet er de tanden op stuk en trad eind vorig jaar terug. CDA Westland vond in Albert Abee een vervanger. Hij was de afgelopen vijf jaar wethouder in de nabijgelegen tuinbouwgemeente Lansingerland en is sinds half februari aan de slag in Westland.

Nieuw is dat het totale woondossier op een meer integrale manier wordt aangepakt. “Niet alleen arbeidsmigranten, maar ook reguliere woningzoekenden, spoedzoekers, starters en zorgwoningen in de toekomst”, schetst Abee. Daarmee hoopt Abee op meer draagvlak vanuit politiek en de samenleving op de plannen voor locaties voor zogeheten ‘arbeidshotels’.

“We laten hiermee zien dat we op alle fronten bezig zijn, voor alle doelgroepen”, aldus de wethouder. Dat kan ook leiden tot locaties met een flexibele invulling voor en door die verschillende doelgroepen. Behandeling van dit nieuwe integrale beleid staat volgende maand op de agenda van de gemeenteraad, zo is de planning.

Wethouder Albert Abee probeert dwars door de coronacrisis heen het Westlands huisvestingsbeleid voor arbeidsmigranten vlot te trekken. - Foto: Thierry Schut

Wethouder Albert Abee probeert dwars door de coronacrisis heen het Westlands huisvestingsbeleid voor arbeidsmigranten vlot te trekken. – Foto: Thierry Schut

Huisvestingsbeleid van belang voor toekomst glastuinbouw Westland

Volgens Abee is er in dit nieuwe beleid geen sprake van vrijblijvendheid. “Glastuinbouw is voor de toekomst van het Westland belangrijk. Om de sector goed te laten draaien heb je voldoende fatsoenlijke, ordentelijke plekken nodig waar die mensen kunnen verblijven. Nu hebben de Westlandse glastuinders 12.000 tot 14.000 mensen aan het werk. Die hoeven niet allemaal binnen de gemeente gehuisvest te worden. Maar je hebt het dan toch niet over een paar honderd, maar over een paar duizend bedden binnen onze gemeente.”

Op de bedrijven zelf huisvesten is nog niet toegestaan. In het plan is wel voorzien in het opstarten samen met de provincie Zuid-Holland van een pilot op een aantal locaties bij tuinders. Dat zou na de vaststelling van het gemeentelijk beleid van start kunnen.

Lees ook: Westland werkt aan proef huisvesting op bedrijven

Geen grote knelpunten huisvesting door coronacrisis

Gemeente Westland constateert geen grote knelpunten door de coronacrisis als het gaat om huisvesting van arbeidsmigranten. De gemeente heeft geen actieve taak bij het maken van beleid voor veilig werken, vervoer en wonen voor arbeidsmigranten in deze coronacrisis.

Abee: “Wij volgen de lijn van de veiligheidsregio. Als gemeente hebben we vooral de taak om signalen op te vangen en door te geven. We horen nog niet van tekorten aan mensen en aan huisvesting op de korte termijn. De gemeente heeft veel contact met uitzenders om signalen te delen. In het belang van onze tuinbouw is het goed om ook de situatie op de wat langere termijn nauwlettend te volgen.”

Dat er naar aanleiding van de coronacrisis extra aandacht is voor de bescherming van arbeidsmigranten, dat juicht Abee toe. “Het is een goede zaak dat er sinds kort vanuit een aanjaagteam ook landelijk wordt gekeken naar de structurele knelpunten in dit dossier. En het is goed dat overheden één lijn hanteren. Emile Roemer is uiteraard van harte welkom als hij zich hier wil komen informeren.”

Goed voorbeeld geven: meer schoonmaken, handen wassen en 1,5 meter afstand houden. - Foto: Ton van der Scheer

Goed voorbeeld geven: meer schoonmaken, handen wassen en 1,5 meter afstand houden. – Foto: Ton van der Scheer

Landelijke waardering voor arbeidsmigranten nodig

Uitzendondernemer Frank van Gool is al in contact geweest met Roemers’ Aanjaagteam in oprichting. “We kregen vorige week al de vraag of we mee willen praten met het Aanjaagteam”, zegt de directeur van Otto Workforce. Hij is op voorhand alvast blij dat de opdracht van Emile Roemer is gericht op een regionale of zelfs lokale aanpak.

Wat van Gool dan wel weer landelijk zou willen aanpakken is de waardering die alle arbeidsmigranten verdienen. “Dwars door de coronacrisis heen hebben die er toch ook voor gezorgd dat het werk bij de tuinders en in de logistieke keten tot en met de schappen van de supermarkten gedaan werd.”

Het ziekteverzuim onder de 12.000 mensen die Otto Workforce aan het werk heeft, was van half maart tot half april drie keer zo hoog als normaal, ook omdat men bij elk verkoudheidsverschijnsel werd verzocht thuis te blijven. “Conform de richtlijnen van het RIVM.”

Bij al die ziekmeldingen is geen enkel coronageval geregistreerd, geen getest coronageval. Dat er wellicht toch een paar arbeidsmigranten het coronavirus onder de leden hebben gehad, is daarmee niet met zekerheid te ontkennen. Daar was het bedrijf echter goed op voorbereid.

“We hebben op 26 februari al aan alle medewerkers laten weten: handen wassen, geen handen meer schudden maar de ‘Thaise groet’ en niezen in de elleboog. De fitnessruimtes in onze eigen wooncomplexen gingen dicht, mensen moesten afstand van elkaar houden en we gaven medewerkers de mogelijkheid om vrijwillig hun temperatuur te meten. En we hebben gezorgd voor isolatiewoningen voor zieke medewerkers en quarantainewoningen voor mensen die met zieke medewerkers in contact waren geweest.”

Bewoners woonunit gelden als samengesteld huishouden

De woonunits van Kafra Housing, het huisvestingsbedrijf van Frank van Gool, zien er na het uitroepen van de anderhalvemetermaatschappij niet veel anders uit dan ze al deden. “We hebben vierpersoons appartementen en tweepersoons studio’s. Per unit gelden de bewoners als samengesteld huishouden. Maar als mensen in plaats van een tweepersoons een eenpersoons kamer willen, dan krijgen ze die.”

Daar is volgens Van Gool ook voldoende ruimte voor. “We hebben ruimte bijgehuurd. Onze kosten zijn door alle maatregelen wel 15 à 20% hoger. Maar we kunnen al onze klanten in elk geval bedienen.” Want een nijpend tekort aan beschikbaar personeel constateert hij niet. “We hebben veel mensen met een vast contract voor onbepaalde tijd. Die wonen al in Nederland en bleven hier ook, terwijl ze soms eigenlijk juist vakanties hadden gepland.”

Controles van de gemeente zijn er ondertussen al genoeg geweest. De eerste op de ochtend na de persconferentie waarin premier Mark Rutte de ‘intelligente lockdown’ afkondigde. Zowel op kantoor als op woonlocaties kwamen de boa’s van de gemeente kijken. “We konden ze al onze protocollen en handboeken laten zien. Alles in orde.”

Deze tuinder wil geen politieagent zijn

Jo Verkuijlen is niet van plan om als politieagent bij zijn Poolse en Bulgaarse medewerkers op de deur te gaan staan kloppen. “Ik heb er hier nu iets meer dan honderd wonen. Allemaal in dezelfde kamers, met in elke hoek één bed. Of ze afstand van elkaar houden, dat is uiteindelijk hun eigen verantwoordelijkheid.”

De kamers op het asperge- en aardbeienbedrijf in het Brabantse Heeswijk-Dinther zijn groot genoeg. Net als de kantine, waar de medewerkers bij toerbeurt de maaltijden gebruiken. “De Hollanders houden zich er het slechtst aan. Gaan gerust met zijn achten aan één tafel zitten, terwijl de rest van de kantine leeg is.”

Met ‘Hollanders’ bedoelt Verkuijlen de circa 80 lokale scholieren die hij aan het werk heeft. Hij is nog nooit zo makkelijk aan personeel gekomen. “Mooi. Als ik er aan het einde van het seizoen 25 overhoud die het werk leuk vinden en daar zit er eentje bij die economie gaat studeren en die wat voor het bedrijf of de sector kan blijven betekenen, prima!”

Minder prima is het als in de schuur de Hollandse jeugd die de klasse 2 staat te schillen toch weer vrij dicht op elkaar is gaan staan om ondertussen gezellig te kunnen kletsen. “De mensen nemen het sinds vorige week allemaal toch net wat minder serieus”, zegt ook de medewerkster die de huisverkoopwinkel bemenst. Terwijl het er zeker bij het begin van de coronacrisis juist veel drukker was dan normaal.

Net wel of net geen 1,5 meter, het is onpraktisch aan de sorteerlijnen. - Foto: Ton van der Scheer

Net wel of net geen 1,5 meter, het is onpraktisch aan de sorteerlijnen. – Foto: Ton van der Scheer

Geef het goede voorbeeld bij naleven coronaregels

LTO worstelt net als de tuinders met de anderhalvemeterregels. Dat bekent Peter Baltus van LTO Noord. “Maar ook al is het onpraktisch, we gaan echt niet zeggen: nee hoor, u hoeft zich er niet aan te houden. We moeten er allemaal aan geloven, écht.”

Wat tuinders in elk geval vooral niet moeten nalaten, is zelf het goede voorbeeld geven. Dus zelf ook voortdurend handen wassen, zelf afstand houden, zelf niet met allerlei bezoekers over het bedrijf lopen. “Een werknemer zal niet snel het initiatief nemen om netter te gaan werken dan de tuinder zelf. Dus laat zien dat het u menens is met het volgen van de hygiëne- en veiligheidsregels.”

Maak geen gebruik van uitzondering voor werkers vitale beroepen

Ook adviseert LTO de tuinders om geen gebruik te maken van de uitzondering die er is voor werkers in de vitale beroepen om met lichte ziekteverschijnselen toch naar het werk te komen. “Dat was toch vooral om in de zorg niet te grote gaten te laten vallen. In de tuinbouw is die noodzaak toch minder. En het risico op besmetting van andere medewerkers is veel groter dan de verzuimkosten van die ene medewerker die je ziek naar huis stuurt. De uitbraak bij arbeidsmigranten in Velp laat zien hoe kwetsbaar je bent als je mensen dicht op elkaar laat werken en wonen.”

Mondkapjes in busjes met arbeiders?

Omdat er nu een aanvang is gemaakt met versoepeling van regels, vragen tuinders of dat op hun bedrijven ook kan. Als we per 1 juni met mondkapjes weer met meer mensen in het openbaar vervoer kunnen reizen, kan dat dan ook in de busjes van de tuinders en de uitzendbureaus? De Taskforce Arbeid houdt daarover volgens Baltus de vinger aan de pols. Zolang de regels voor vervoer van medewerkers niet expliciet zijn veranderd, zullen boetes formeel mogelijk blijven.

Het testen van medewerkers op corona, zodat met aantoonbaar virusvrije mensen harder doorgewerkt kan worden zonder een vertragende overdaad aan preventiemaatregelen, lijkt tamelijk kansloos, volgens Baltus. Die mogelijkheid voor met name de vitale beroepen is wederom vooral van toepassing op de zorgmedewerkers. Ook politieagenten en docenten worden pas getest als ze al klachten hebben.

Zelf testen heeft weinig zin

En zelf testen heeft weinig zin. Deze ‘zelftests’ voor gebruik buiten het medisch circuit bleken bij onderzoek immers ondeugdelijk. Baltus: “Voor € 70 per test ben je dan niets wijzer. En de regels voor veilig werken, reizen en wonen blijven hetzelfde. Net als de quarantaineregels voor Polen die in eigen land op een korte vakantie of familiebezoek willen.”

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin