Doorgaan naar artikel

‘Polen willen nog wel, maar kunnen kiezen’

Sinds begin dit jaar is het uithangbord veranderd: LTO Seizoensarbeid werd LTO Arbeidskracht. “We richten ons niet meer alleen op de arbeidsmigranten maar op het totale personeelsbestand in de agrosector.” Yvonne van de Ven is manager van deze tak aan de LTO-boom. Maar haar werk heeft nog steeds veel te maken met de veelal aan de seizoenen gebonden vraag naar arbeid.

Het draait nog steeds grotendeels om de Polen. “Ons productenaanbod is wel uitgebreid”, benadrukt Van de Ven. “We hebben ook een collectieve zorgverzekering voor vast personeel. En we doen ook steeds meer op het gebied van opleiding en scholing.”

Maar dat laatste houdt dan toch wel weer vaak verband met de inzet van arbeidsmigranten. Lees: Polen. “Ze komen in principe uit de hele Europese Unie, maar 85% komt toch nog steeds uit Polen. Een van onze medewerksters komt ook uit Polen. Goed om iemand te hebben die én Pools én Nederlands spreekt en de beide culturen en de verschillen daartussen kent.”


Verschil tussen werkgevers

En niet alleen tussen werkgever en werknemer kan een kloof bestaan, ook tussen de ene en de andere werkgever. “Waar wij over het algemeen mee te maken hebben, is dat de bedrijven van tuinders groeien. Ze hebben dus ook steeds meer personeel nodig. En dan komt er een moment dat de aloude verdeling van taken – de man doet de teelt en de vrouw doet de administratie – niet meer werkt. Dan komt LTO Arbeidskracht om de hoek. Met werving en selectie en met payrolling.”

“Maar wat mij nog het meeste opvalt, is dat twee tuinders met uiteindelijk precies dezelfde arbeidsvoorwaarden en hetzelfde type bedrijf toch heel verschillend met hun personeel om kunnen gaan. De een is van nature wat meer begaan met de mensen die op het bedrijf werken en de ander laat ze wat meer aan hun lot over. Die eerste werkgever kan zijn personeel veel beter vasthouden. Dat zijn de bedrijven die jaar in jaar uit met min of meer dezelfde seizoenarbeiders kunnen blijven werken.”

Ook bouw en transport aantrekkelijk voor Polen

Dat de Polen blijven komen is geen vanzelfsprekendheid meer. Al een tijdje klinken geluiden dat Poolse mensen niet meer willen komen werken. “Dat hoor je wel. Daar heb ik wel een beetje moeite mee, als ik hoor zeggen ‘de Polen willen niet meer’. De Polen willen best en komen ook nog steeds met honderdduizenden hier naartoe. Maar ze hebben de afgelopen 10 of 15 jaar natuurlijk wel het nodige geleerd over hoe het hier werkt. Ze hebben ervaring met bedrijven waar het wat beter geregeld is en waar het wat aangenamer werken is en waar het minder is. Ze weten dus ook dat er wat te kiezen valt. En dan niet alleen tussen de ene of de andere tuinder of teelt. Maar ook in de bouw, het transport of in de schoonmaak.”

‘Verplaats je eens in die werknemer. Die verlaat huis en haard om in een ander land productiewerk te doen’

“Ik zeg ook vaak tegen tuinders: verplaats je eens in die werknemer. Die verlaat huis en haard om voor maanden achter elkaar in een ander land productiewerk te komen doen. In de regen, in de hitte. Die verdient een goed bed en een goede douche en wat ruimte om te kunnen relaxen. Als dat soort dingen bij de buurman beter zijn, geef hem dan eens ongelijk als hij daarheen gaat. Of zij, want er komen ook heel veel vrouwen hier werken. Sterker nog, in sommigen teelten zeggen de tuinders: doe mij maar alléén vrouwen. Voor het plukken van de frambozen bijvoorbeeld, fijnere handen. Of tuinders die een voorkeur hebben voor stellen. Die zijn wat rustiger en hebben minder last van heimwee.”

‘Een Pool is niet gewend om met klachten over het werk naar zijn baas te stappen. Net zoals ze niet weten dat je hier een vergunning nodig hebt om te mogen vissen’

Valkuilen

Arbeidsmigranten weten beter wat ze te wachten staat als ze naar Nederland komen. Maar toch ook weer niet. “Er zijn een paar vaste valkuilen. Tuinders zijn gewend aan directe communicatie. Ze denken dat als ze niks van hun personeel horen dat dan alles vanzelfsprekend goed gaat. Maar een Pool is niet gewend om met klachten over het werk naar zijn baas te stappen. Net zoals ze niet weten dat je hier een vergunning nodig hebt om te mogen vissen. Of dat hier alle verkeer van rechts voorrang heeft.”

In de cursussen die LTO Arbeidskracht in samenwerking met Lentiz aanbiedt komen die cultuurverschillen volop aan bod. Zowel voor de tuinders en hun middenkader als voor de buitenlandse werknemers zijn er scholingsmogelijkheden op het gebied van communicatie, leidinggeven, ook voor Poolse voormannen, en conflicthantering.

HBO‘ers en MBO‘ers

LTO Arbeidskracht ziet voor zichzelf overigens geen directe taak in het vinden van structurele oplossingen voor het tekort aan goed gekwalificeerd personeel, HBO‘ers of goed gespecialiseerde MBO‘ers. “Op dit moment staat er wel een enquête uit bij alle boeren en tuinders met personeel in dienst over hoe groot nu daadwerkelijk de vraag is vanuit de tuinbouw en welke vacatures er zijn. De meer algemene opvolging daarop is aan de koepelorganisatie van LTO. Daar wordt gekeken naar hoe we de sector kunnen promoten als goede plek om te gaan werken. En hoe we het groene onderwijs interessanter kunnen maken voor scholieren.”

Binnen de koepel werkt LTO Arbeidskracht wel heel goed samen met de arbeidsspecialisten van de regionale organisaties en van de vaktechnische organisaties zoals LTO Glaskracht en de NFO.

“Dat maakt ons voor veel tuinders ook een betrouwbare partner. LTO Arbeidskracht is al geruime tijd een belangrijke leverancier van payrolling in de agrarische sector. De concurrentie op dat gebied is groot. Sommige leveranciers zoeken daarbij de mazen van de wet op. Dat vinden tuinders toch een riskant idee. Wij nemen ze die zorgen rond hun loonadministratie uit handen, zodat zij zich bezig kunnen houden met waar ze goed in zijn: telen en ondernemen.”

Lees meer over arbeid in de tuinbouw in Groenten & fruit nummer 23

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin