Doorgaan naar artikel

‘Minder witkoppen in minipruim-trostomaat Sunstream’

De minipruimtrostomaten van het ras Sunstream zijn bij Kleine Kaveling in het Brabantse Haarsteeg sinds week 12 in productie. “Dat is ruim een week later dan gepland, vooral door de stormschade”, zegt teeltman Janus Kanters.

Bij de storm van 18 januari gingen 350 ramen en het schermdoek kapot in de kas van 2,5 hectare. Er werden 2 rijen leeg geruimd om planten te vervangen. Op die plek kwamen de inboeters die sinds het planten (2 januari) op het middenpad stonden. “Het was veel gedoe en een hoop glas, maar nu is alles opgelost. De verzekering werkte ook goed mee.” Op de plaatsen met stormschade heeft Kanters 1 of 2 trossen uit de plant gehaald om ze te laten herstellen. “Het trekt nu allemaal weer naar elkaar toe.”

Grover met 3 stengelsysteem

De productie neemt nu snel toe. In week 13 knipte hij circa 350 gram per vierkante meter, vorige week was dat al meer dan een pond. “Het is voor het eerst dat we planten met 3 stengels hebben gepoot. Het bevalt tot nu toe goed. De tomaatjes zijn wat grover zodat we wat extra kilo’s kunnen halen. Er hangen nu 5 trossen aan de plant met 12 vruchten die mooi van vorm en goed aan het gewicht zijn.”

De extra grofheid is ook het gevolg van de grote hoeveelheid licht in februari en de gevolgen van de stormschade. “We konden toen de nachttemperatuur niet halen. Daar krijg je ook meer grofheid van.”

Minder witkoppen

Kanters heeft een sterk gewas staan met goede zetting en mooie trossen. “We zien dit jaar veel minder witkoppen. Daar is Sunstream best gevoelig voor. Als je ’s-morgens te vroeg het scherm opent of kou op de koppen lucht, dan heb je zo 20 planten per rij met witkoppen. Sommige groeien er doorheen, maar als een plant 2 of 3 trossen heeft gemist, dan halen we hem ertussenuit.”

Meer Botrytis

Het minder luchten heeft ook een keerzijde. Op de bladrandjes, die bij zonnig, koud weer zijn ontstaan, ontwikkelt zich Botrytis. “Andere jaren verdroogden de bladrandjes, maar door het regenachtige weer van de laatste tijd en omdat we geen groeibuis hebben, zie je Botrytis ontstaan. Het trekt niet echt door, maar je ziet wel schimmelpluis en af en toe valt er een plantje weg. Ik ga tegen het weekend een keer met Luna druppelen.”

Tijdens het snoeien van de trossen worden meteen de bladrandjes afgeknipt. “Het snoeien kost daardoor 20% tot 30% meer arbeid.” Door de komst van mooi weer verwacht Kanters dat de Botrytis-aantasting snel verdwijnt. “En voordat het naar de stam doorgroeit, is het blad er al af.”

Vroege spint

Qua plagen vraagt vooral spint veel aandacht. “Je ziet over het hele bedrijf groepjes van een paar aangetaste planten. Ik overweeg om een rondje Oberon te spuiten, maar wil eerst nog overleggen met de adviseur.” De vroege spintdruk is waarschijnlijk afkomstig uit de vorige teelt. “We hebben tijdens de teeltwisseling nog 2 keer gefogd, maar de spint was toen waarschijnlijk al weggekropen.”

Hij heeft dit jaar al vroeg veel Macrolophus ingebracht (1,5 per vierkante meter), maar het lijkt er niet op dat de roofwants de spint al onder controle brengt. Bijvoeren doet Kanters niet. “Daar zie ik het nut niet van in. Ze moeten maar eten van wat er aan plagen in de kas zit.” Andere plagen zijn nog nauwelijks aanwezig.

Gewas groeit hard

De stookinstellingen stonden tot half vorige week op een voornacht van 14 graden, een nanacht van 16,5 graden en een dagtemperatuur van 19 graden plus 3 graden lichtverhoging. Hiermee kwam de etmaaltemperatuur in week 12 uit op 16,5 graden en in week 13 op 17,3 graden. “Een kastemperatuur van maximaal 24 tot 25 graden is genoeg.” De ec van het voedingswater is 3,1 en de pH is verlaagd naar 5,0. “Het drainmonster had een ec van 4,3 en een pH van 7,0. Daaraan zie dat het gewas hard groeit.”

Lage kaliumgift

Het bladsap heeft een pH van 6, bleek uit de analyse. “We gaan iets meer kalium en fosfor geven. Van een kaliumcijfer in de drain van 1 mmol/l schrikken we niet, maar nu zagen we het in het blad ook wat teruglopen.” Kanters geeft meestal 5 tot 6 mmol per liter aan kalium mee, bijna de helft van wat veel tomatentelers doen. “Die lagere kaliumgift pakt goed uit voor de productie en kwaliteit.”

De CO2-dosering komt uit de WKK. “Ik probeer tussen 8 en 17 uur volop te doseren, maar het hangt wel af van de stroomprijzen en de vulling van de warmtebuffers. Als ik de warmte niet meer kwijt kan, dan kan het zijn dat ze al om 16 uur uitgaan.”
Tekst gaat verder onder de foto

Het kleinverpakken wordt een steeds belangrijker bedrijfsonderdeel bij De Kleine Kaveling. “Dan ben ik plotseling wel eens wat mensen kwijt in de tuin. Maar die pallets moeten natuurlijk wel op tijd klaarstaan." - Foto: Van Assendelft fotografie

Het kleinverpakken wordt een steeds belangrijker bedrijfsonderdeel bij De Kleine Kaveling. “Dan ben ik plotseling wel eens wat mensen kwijt in de tuin. Maar die pallets moeten natuurlijk wel op tijd klaarstaan.” – Foto: Van Assendelft fotografie

Kleinpak steeds belangrijker

De Kleine Kaveling zet zijn tomaten af via afzetorganisatie Best of Four. Daarnaast is kleinpak een belangrijk onderdeel van het bedrijf. “We zijn als telers natuurlijk niet de grootste, maar in verpakken groeien we snel. We kunnen flexibel inspelen op wat de klant wil. De trostomaten gaan in allerlei verpakkingen van 200 tot 500 gram.” Dat betekent wel dat er soms mensen uit de tuin moeten bijspringen. “Dan ben ik plotseling wel eens wat mensen kwijt. Maar die pallets moeten natuurlijk wel op tijd klaar staan.”

Auteur: Gerard Boonekamp

Bekijk meer

Share this

Afbeelding
Janus Kanters

tomatenteler

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin