Doorgaan naar artikel

‘Weer brengt staartjes wrijven met zich mee’

Jacco van den Ende in Bleiswijk ziet het gewas begin week 12 opknappen na een wat moeizamer periode. “De vruchten gingen eraan trekken, terwijl het weer niet mee zat. Met wat zonniger weer zie je het gewas nu terug komen.”

Bij de Nesbitt zullen er nog een of twee vruchten bijgemaakt worden. De iets vlottere Maranello is al klaar met zetten. “Daar zijn de eerste vruchten iets eerder gezet en volgroeid, waardoor het tweede zetsel er wat eerder achteraan komt.” Het gewas zet goed door.

De sortering en kwaliteit zijn goed. “Bij Nesbitt zijn we wel staartjes aan het wrijven. Het weer zal dat met zich meebrengen, denk ik. Het varieert van bijna niets tot een volledige staart. Bij Maranello zit er helemaal geen staartje aan.”

Meer tempo te maken

Bij de temperatuurinstellingen wordt 20,5 of 21 graden Celsius op de dag aangehouden, en 19 graden in de nacht. Bij Nesbitt staat een voornacht van 17 graden Celsius ingesteld, bij Maranello is dat slechts een heel kort voornachtje van 18 graden. “De dagen worden langer, het is iets zonniger, dus het licht komt naar je toe. Dan kun je meer tempo gaan maken. Tijdens de donkerder periode hiervoor hielden we een langere voornacht van 17 graden aan, en begon je rond middernacht of nog later pas met klimmen richting de dagtemperatuur. Nu tik je de voornacht alleen nog even aan.” De temperatuur gaat hij direct daarna redelijk makkelijk al weer doortrekken, om met zonop op de gewenste dagtemperatuur te zijn.

Het schermdoek is elke nacht nog dicht getrokken. “Ook met een paar keer een nacht van 10 graden of net daaronder ging toch net nog dicht.”

Handmatig aanpassen

Met wisselende weersomstandigheden blijft het aardig wat handmatig bijsturen in de klimaatregeling. Ook de watergift wordt daar op aangepast. “Op een donkere dag ga je al snel terug naar drie beurten per dag. Op zonnige dagen neemt dat toe, en ook op de eerste donkere dag daarna blijf je nog even wat meer geven. Want dan drinkt het gewas nog wel door.”

De EC is ietsje aan het zakken, maar nog redelijk stabiel rond de 3,1 EC in de mat. Er wordt 2,8 EC meegegeven. Zo neemt de plant met zonnig weer voldoende makkelijk op, en kan met donker weer toch ook nog wat voeding aangeboden worden.

Luis

Bij de plagen werd al vrij vroeg luis waargenomen, waarschijnlijk te wijten aan de zachte winter. Daarbij zijn nu ook een paar plekjes boterbloemluis gevonden. “We hebben bij een paar planten een correctie moeten uitvoeren. Boterbloemluis kun je niet tolereren. Die kan zo snel schade geven.”

Er zijn cucumeris, montdorensis, andersoni en Orius uitgezet. “Voor de Orius is het nog te vroeg, maar de cucumeris en montdorensis zie je al wel lopen.” De andersoni helpt om spintplekken geen gelegenheid te geven zich snel te ontwikkelen.

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin