De Raad van State stelt in hoger beroep dat een Haagse komkommerteler terecht een boete heeft gehad wegens het laten verrichten van arbeid door twee Bulgaren zonder werkvergunning.
De zaak speelde in 2011. De rechter moest oordelen of de Bulgaren als zelfstandige aan het werk was, maar ondanks een inschrijving bij de Kamer van Koophandel, VAR-verklaringen en de beschikking van een sofinummer door één van de twee Bulgaren, was toch een werkvergunning nodig, oordeelde de rechter mede op basis van de werkafspraken die bestonden tussen de Bulgaren en de teler.
Ook het feit dat eerder niet door de arbeidsinspectie was opgetreden tegen de werkzaamheden door de vreemdelingen leidde niet tot matiging van de boete van 16.000 euro.
De rechter oordeelde dat de onderneming eerder problemen had met VAR-verklaringen, waardoor juist extra voorzichtig had moeten worden opgetreden door de teler.
Beheer
WP Admin
Bewerk bericht