Doorgaan naar artikel

Dijksma: gevolgen lagere gebruiksnorm N beperkt

Volgens staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken heeft een verlaging van de stikstofgebruiksnormen voor de plantaardige productie op zand- en lössgrond met 20 procent slechts beperkte effecten.

Tijdens Kamervragen over dit onderwerp verwijst Dijksma naar de Wageningen Universiteit: volgens Wageningse onderzoekers zou de productiederving beperkt blijven tot maximaal 6 à 7 procent voor gewassen als prei, bloemkool, sla, peen en knolselderij en akkerbouwgewassen als aardappelen en suikerbieten.  LTO Nederland gelooft dit niet.



Dijksma wil de verlaging van de stikstofgebruiksnormen regelen in het vijfde actieprogramma Nitraatrichtlijn, “omdat monitoring

laat zien dat de grond- en oppervlaktewaterkwaliteit nog op verschillende punten tekort schieten. Daarbij neem ik maatregelen zoveel mogelijk daar waar de problemen zich voordoen”.



Volgens de staatssecretaris kan het nadelige effect van lagere stikstofgebruiksnormen en een hogere werkingscoëfficiënt voor varkensdrijfmest voor een deel worden gecompenseerd door doelmatiger om te gaan met meststoffen. “Dat kan onder meer door met vanggewassen de uitspoeling te beperken, door conserverend gewasrestenbeheer en door precisiebemesting.”



Volgens bemestingsdeskundige Mark Heijmans  van LTO Nederland roepen Dijksma’s antwoorden vooral vragen op. “Waar haalt ze die cijfers vandaan? Is dat van één of meer proefboerderijen, heeft ze daarbij ook gekeken naar de alledaagse praktijk, wie zijn die onderzoekers? Ze gaat verder voorbij aan het kwaliteitsaspect, dat voor groente nog belangrijker is dan productie: tweede kwaliteit accepteert niemand. En ten slotte: welke ondernemer kan structureel 6 of 7 procent productiederving aan, zonder in de problemen te komen? Dijksma gaf het Parlement geen antwoorden, maar zoethoudertjes.”

Share this

Joost Stallen
Joost Stallen

redacteur vollegrondsgroenteteelt

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin