Doorgaan naar artikel

Bijna alleen maar goed fiscaal nieuws

Op de valreep van het oude jaar is het Belastingplan 2016 door de Eerste Kamer aangenomen. Voor de verandering ging het debat eens een keer voornamelijk over hoe een enorm pakket aan lastenverlichting moest worden verdeeld. Hier de voordelen die de tuinder ten goede komen.

Het kabinet heeft € 5 miljard besteed aan lastenverlichting. Iedere Nederlander gaat er gemiddeld € 800 op vooruit. Natuurlijk profiteren ook tuinders. Bijvoorbeeld door diverse aanpassingen in de heffingskortingen en het feit dat de ondernemer pas bij een hoger inkomen in het toptarief van de inkomstenbelasting valt.

Maar er is meer. En zijn regelingen waarvan juist de agrarische sector kan profiteren. Denk aan de verhoogde energieinvesteringsaftrek (EIA-aftrek) en de nieuwe regeling bij de bedrijfsopvolgingsfaciliteit in de successiewet. Al met al pakken de wijzigingen goed uit voor boeren en tuinders.

Gunstige aanpassing in regeling bedrijfsopvolging

De bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) in de schenk- en erfbelasting wordt aangepast per 1 januari 2016. Dit is een wijziging ten goede. Vaker dan in het verleden zal er geen sprake zijn van schenk- of erfbelasting bij bedrijfsoverdrachten. De nieuwe regels gelden voor bedrijfsoverdrachten op of na 1 januari 2016.

In de erf- en schenkbelasting is er een vrijstelling bij de overdracht van bedrijven. Deze vrijstelling is ruim, maar wel gebonden aan voorwaarden. De belangrijkste voorwaarde is dat de onderneming na overdracht ten minste vijf jaar voortgezet moet worden. Doet de opvolger dat niet, dan is hij of zij alsnog schenk- of erfbelasting verschuldigd.

De basis voor de beoordeling of er sprake is van een schenking wordt gevormd door de waardering van de onderneming op liquidatiewaarde. Dit is de waarde bij verkoop van de onderneming of van de individuele bedrijfsmiddelen tegen de maximale waarde.

Als de overnameprijs de liquidatiewaarde moet zijn, is het voor een opvolger meestal niet mogelijk om de gehele onderneming rendabel voort te zetten. De wetgever onderkent dat en heeft in 
de wet de waarde going concern opgenomen. Deze waarde kan voor agrarische bedrijven berekend worden met een rekenmodel dat op de site van de Belastingdienst staat. Dit model is met ingang van 1 januari 2016 gewijzigd. Door de wijziging komt de waarde going concern in de meeste gevallen lager uit. Dat betekent dat het belastingvrij over te dragen bedrag aan ondernemingsvermogen 
hoger wordt.

Schenkingsvrijstelling eigen woning ruimer

Een schenking voor de eigen woning wordt vrijgesteld tot € 100.000. De ontvanger van de schenking moet tussen de achttien en veertig jaar oud zijn en de vrijstelling geldt éénmalig in de relatie tussen schenker en ontvanger. De verhoogde schenkingsvrijstelling voor de 
eigen woning kan – na het éénmalig claimen – vervolgens over drie achtereenvolgende kalenderjaren worden uitgespreid. De vrijstelling is van toepassing zowel binnen als buiten de familiesfeer.

De verhoogde vrijstelling voor een eigenwoningschenking tot € 100.000 geldt ook voor een schenking ter aflossing van een oude restschuld van vóór 29 oktober 2012. De eigen woning kan ook buiten Nederland zijn gelegen. Als in 2015 of 2016 gebruikgemaakt wordt van de vrijstelling voor een eigenwoningschenking door de ouders, dan is een belastingvrije aanvulling in 2017 of 2018 nog mogelijk tot maximaal € 100.000, verminderd met het vrijstellingsbedrag dat in het jaar van de aanvulling (2017 of 2018) geldt. Dit is ongeacht of de vrijstelling in 2015 of 2016 volledig is benut.

Tot 2017 mogen alleen ouders eenmalig een belastingvrije schenking (2015: € 52.752 en 2016: € 53.016) doen aan een eigen kind, als die wordt besteed aan een eigen woning of bepaalde studie of opleiding.

Box 3-heffing wijzigt grondig

Het fictief rendement op box 3-vermogen wordt vanaf 1 januari 2017 berekend aan de hand van oplopende forfaitaire percentages:

• 2,9 procent voor vermogen van € 25.000 tot € 100.000;

• 4,7 procent voor vermogen van € 100.000 tot € 1.000.000;

• 5,5 procent voor vermogen van meer dan € 1.000.000.

Het fictief rendement op vermogen bedraagt nu nog 4 procent (belast tegen 30 procent) met een effectieve heffing van 1,2 procent over het vermogen. Het heffingsvrije vermogen per persoon bedraagt vanaf 1 januari 2017 € 25.000 (was: € 21.330). Fiscale partners kunnen het gezamenlijke box 3-vermogen (na aftrek van het heffingsvrije vermogen van € 50.000) aan elkaar toerekenen.

Jaarlijks worden de percentages vastgesteld aan de hand van relevante marktinformatie over rente- en beleggingsresultaten.

Hiermee probeert de wetgever de box 3-heffing meer in lijn te brengen met de werkelijk behaalde rendementen. De vermogensmix wordt drie jaar na inwerkingtreding geëvalueerd en vervolgens iedere vijf jaar.

Vooruitlopend op bovenstaande wijzigingen is het heffingsvrije vermogen voor box 3 per 1 januari 2016 met € 3.000 verhoogd tot € 24.437.

Bijtelling auto van de zaak

Hoe meer CO2 de auto uitstoot, hoe hoger de bijtelling voor het privégebruik van de auto wordt voor zowel de ondernemer als de werknemer met een auto van de zaak. De bijtelling is een percentage van de cataloguswaarde van de auto. Voor 2016 veranderen de percentages. Het voordeel dat gegeven wordt aan milieuvriendelijke auto’s is versoberd.

Voor auto’s waarvoor het kenteken afgegeven wordt in 2016 geldt een nieuwe bijtellingstabel. Voor alle brandstoffen gelden hier dezelfde percentages. De hoogste bijtelling geldt voor een uitstoot van meer dan 106 gram per kilometer en is 25 procent. Tussen 50 en 106 gram is de bijtelling 21 procent en pas onder de 50 gram wordt deze 15 procent.

Is het kenteken vóór 2016 afgegeven dan gelden andere (overgangs)regels.

Eia-aftrek flink omhoog

De energie-investeringsaftrek (EIA) gaat per 1 januari 2016 omhoog van 41,5 procent naar 58 procent. Daardoor wordt het aantrekkelijker om in energiebesparende bedrijfsmiddelen te investeren. Het budget van de EIA gaat met € 60 miljoen omhoog tot € 161 miljoen.

Energiebelasting hoger

Niet alleen maar goed nieuws. Het tarief van de eerste schijf in de energiebelasting voor aardgas stijgt met 5,104 cent per kubieke meter. Voor de glastuinbouw gaat het tarief voor de eerste schijf omhoog met 0,820 cent per kubieke meter. Het tarief van de eerste schijf in de energiebelasting voor elektriciteit daalt met 1,953 cent per kWh.

Tarieven inkomstenbelasting

De tarieven in box 2 (25 procent) en box 3 (30 procent) zijn onveranderd ten opzichte van 2015. Maar in box 1 wijzigt wel wat. Het gecombineerde tarief van de inkomstenbelasting en de premies volksverzekeringen is in 2016 voor niet AOW-gerechtigden een percentage variërend van 36,55 tot 52. Verder zijn de schijven verlengd, zodat belastingbetalers minder snel aan het hoogste tarief van 52 procent toekomen. Voor AOW-
gerechtigden geldt een lager percentage, omdat zij geen premies voor de AOW 
verschuldigd zijn.

MIA\Vamil iets omhoog

Het budget voor de MIA- en Vamil-regeling is in 2016 verhoogd van € 93 miljoen naar € 97 miljoen voor MIA en van 38 € miljoen naar € 40 miljoen voor Vamil. In 2016 is extra budget beschikbaar gemaakt voor de land- en tuinbouwsector. De Milieulijst 2016 biedt meer voordeel voor onder meer het tegengaan van erfafspoeling en verbeterde watertechnologie in de glastuinbouw. Bedrijven kunnen tot 36 procent van de investeringskosten aftrekken van hun fiscale winst (MIA) en driekwart van de investering op een willekeurig moment afschrijven (Vamil).

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin