Doorgaan naar artikel

Optimale voedings-EC verschilt per doordragend aardbeiras

Het doordragende aardbeiras Verity geeft de hoogste productie aan klasse I-vruchten bij een EC van de voedingsoplossing van 1,6 mS/cm. De rassen Murano en Portola bereiken het meest optimale resultaat bij een voedings-EC van 1,2 mS/cm.

Deze uitkomsten komen uit een onderzoek dat in 2015 werd uitgevoerd op pcfruit Sint Truiden in België.

Bij junidragers is het mogelijk om per teeltfase (opkweek, bloei/productie) een andere EC aan te houden. Dat is zinvol om het niveau en de het patroon van de productie te beïnvloeden, bleek uit eerder onderzoek. Met doordragers is sturing van de voedings-EC niet mogelijk, omdat bij dit type planten de bloemaanleg en productiefase door elkaar lopen.

De vraag is dan wat het effect is van de voedings-EC op de productie en de vruchtsortering bij doordragende aardbeirassen. Dat werd getoetst met de rassen Portola, Murano en Verity. De planten, op verhoogde ruggen in tunnels, kregen gedurende de volledige teelt van maart tot en met oktober een voedingsoplossing met een hoge (1,6 mS/cm)), standaard (1,2) of lage (0,7) EC. Er werd twee keer per week geoogst.

Uiteenlopend effect

Bij alle drie rassen werd bij een EC van 1,6 aanzienlijk meer geoogst dan bij een EC van 0,7. In al deze gevallen was de oorzaak een verhoging van de ontwikkeling van het aantal bloemtakken per plant. Bij een verdere stijging van 1,2 naar 1,6 mS nam het aantal bloemtakken echter niet meer toe. Wel steeg bij Verity en Murano nog het aantal bloemen per tak, en daarmee het aantal vruchten dat werd geoogst. Daardoor nam bij Murano de gemiddelde vruchtgrootte af, ofwel het percentage klasse II werd groter. Meest optimaal voor dit ras was daarom een EC van 1,2. Verity produceert van nature juist een beperkt aantal bloemen per tak: een hogere EC vertaalde zich in een hoger aantal bloemen, een hoger aantal vruchten van klasse I. Voor Verity is een verhoging van de EC dus wel interessant. Bij Portola had een EC-verhoging van 1,2 naar 1,6 mS geen effect, waardoor het aantal vruchten per plant gelijk bleef. Voor Portola voldeed een EC van 1,2 het beste.

Maatwerk gewenst

De onderzoekers concludeerden dat de optimale EC-behoefte per ras verschillend is en dat deze per ras moet worden aangepast. Het onderzoek en de resultaten zijn vermeld in de november-uitgave van vakblad Proeftuinnieuws.

Share this

Joost Stallen
Joost Stallen

redacteur vollegrondsgroenteteelt

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin